Wetenschap verveelt 

Herbert Blankesteijn, Illuster 1-'98.


  Als wetenschapsjournalist voel ik me een bevoorrecht mens. Ik krijg toegang tot interessante mensen en plekken, mag dingen leren en doorvertellen, ben creatief bezig met taal, beeld en geluid, en ik word er nog voor betaald ook. Ik voel me zelfs een bevoorrecht journalist. Zo moet ik er niet aan denken dat ik mijn dagen zou slijten als parlementair journalist, temidden van het geneuzel en gezwets in Den Haag, of dat ik als sociaal-economisch verslaggever de retoriek van vakbondsfunctionarissen zou moeten doorgeven aan het publiek. Waarschijnlijk vinden collega's met deze specialismen op hun beurt dat zij beter af zijn dan ik - laat dat vooral zo blijven, stel je voor dat de waarheid tot ze zou doordringen.

 Tegenover een kennis heb ik het eens zo verwoord: in andere takken van journalistiek gaat het nieuws over tienden van procenten, in de wetenschap hebben we het over ordes van grootte. Geen slepende onderhandelingen over een of ander verdrag, geen voortsudderende gijzelingszaken, geen wezenloze affaires over het priveleven van een of andere politicus, maar echt nieuwe dingen. Buckyballs, Magnetic Resonance Imaging, Internet, de Hubbletelescoop, allemaal dingen die vijftien jaar geleden in het geheel niet bekend waren en nu een belangrijke rol spelen in de wereld.

 Hoewel ik mijn vak nog steeds het mooiste vak ter wereld vind, slaat bij mij als consument van nieuws over wetenschap langzamerhand de verveling toe. Na de discussies over reageerbuisbevruchting, genetische manupulatie, draagmoeders, bejaarden met kinderwens en foetussen zonder hoofd, nu één over het onderwerp 'klonen'? Moet ik dat óók volgen, moet ik daar óók aan meedoen, moet ik daar óók iets van vinden? Wat interesseert mij de zoveelste reinigingstechniek voor een of ander obscuur milieuprobleem; en moet ik dat stuk over wéér een volstrekt uniek en raadselachtig kosmisch object echt lezen? Waarom staat die mallotige vliegende windmolen in de krant, als iedereen direct begrijpt dat zo'n ding nooit van de grond komt?

 Wetenschap, althans in de kranten, begint te lijden aan hetzelfde euvel als sport: er is te veel ruimte voor. Als alle belangrijke en interessante zaken zijn behandeld moeten er nog gaten worden gevuld. Dan krijg je lange interviews en berichtgeving over zaterdagamateurs. Met minder pagina's worden de wetenschapsbijlagen lezenswaardiger.


Het materiaal dat hier verkrijgbaar is mag worden gedownload, gelezen en zelfs gekopieerd, maar alleen voor eigen gebruik. Vermenigvuldigen met winstoogmerk is niet toegestaan. Alles is copyright Herbert Blankesteijn, tenzij anders vermeld.