Opstootje bij de kassa

Herbert Blankesteijn, NRC Handelsblad 18-5-'96


Hoe lang zouden op zaterdagochtend de rijen bij de supermarkt zijn als er geen streepjescodelezers waren? Je durft het je nauwelijks af te vragen, gegeven het feit dat op de drukste momenten de helft van de ruimte in beslag wordt genomen door wachtenden. Lang leve dus de streepjescode. Bliep, bliep, hoera, dat is toch wat anders dan het zoeken en overtikken van de prijsjes zoals dat vroeger aan de kassa gebeurde.

Nu de prijsjes op de artikelen niet meer nodig zijn voor het afrekenen door de caissière ontbreken ze meestal helemaal. Soms staat er een prijs op het schap vermeld, maar al te vaak is zelfs dat niet het geval. Ik heb afgeleerd in zo'n geval naar de prijs te vragen. Kost te veel tijd. Geld speelt geen rol, als ik maar vlug weer buiten sta.

De vraag hoe lang de rijen zouden zijn werd in ons dorp onlangs op verrassende wijze beantwoord. Er zouden geen rijen zijn; wel een opstootje. De stroom in de winkel was uitgevallen dus de streepjescodelezer deed het niet. De winkel stond vol klanten, elk met een wagen vol noodzakelijke weekendboodschappen en elk ten volle bereid daarvoor te betalen. Maar de winkel wist niet meer wat het kostte. Geen enkel artikel was geprijsd. Het was onuitvoerbaar voor ieder pak koekjes het schap te raadplegen. En als dat al uitvoerbaar was, was dat waarschijnlijk niet acceptabel geweest vanwege de administratieve consequenties. Als de hele bedrijfsvoering, inclusief het voorraadbeheer, is afgestemd op het individueel in- en uitchecken van elk blikje tomatenpuree, dan krijg je problemen als je gaat rotzooien bij de eerste de beste stroomstoring. Dan kun je beter niets verkopen.

Aldus werd besloten. De klanten werden zonder boodschappen weggestuurd, naar de concurrentie, waar de stoppen niet waren doorgeslagen. De verwensingen waren niet van de lucht.

Als je voorbij de streepjescodelezer weet te komen dan ben je er nog niet. Dan wacht nog de pinmachien. Als je in de rij hebt gestaan voor een wagentje, voor het vlees, voor de kaas, voor het brood, voor de statiegeldautomaar en voor de kassa zelf, sta je bij het pinapparaat opnieuw in de rij, maar nu in cyberspace. Omdat op zaterdagmorgen het hele land staat te pinnen, zijn de lijnen naar de-plek-waar-ze-mijn-pin-controleren roodgloeiend. Soms duurt het wel een halve minuut voor ik ben goedgekeurd. Een halve minuut! Weten jullie wat het kost als ik een halve minuut sta te wachten! In die tijd kan ik wel drie betaalcheques uitschrijven.

Maar goed, je wilt niet uit de toon vallen dus je pint gezellig mee. Tot die dag dat de pincodelezer het niet bleek te doen, net na het streepcodegewijs uitchecken van een voorraad diepvrieswaren. Kunt u misschien met gewoon geld betalen meneer? Mens, laat je nakijken, ik wil pinnen. Kunt dan u niet even naar het postkantoor, naar de giromaat? En terugkomen met geld? Ja zeg, hier staat een tas diepvries, ik moet naar huis. Om mijn woorden kracht bij te zetten joeg ik mijn pasje door de ervoor bestemde gleuf. Het ding werkte wèl. Ik had te doen met de caissière. Het valt niet mee te moeten werken met apparaten die niet eens behoorlijk kunnen falen.

De rij die zich achter mij had gevormd is de hele zaterdag niet meer opgelost.


Het materiaal dat hier verkrijgbaar is mag worden gedownload, gelezen en zelfs gekopieerd, maar alleen voor eigen gebruik. Vermenigvuldigen met winstoogmerk is niet toegestaan. Alles is copyright Herbert Blankesteijn, tenzij anders vermeld.
  • Terug naar het Optimax menu
  • Terug naar het Hoofdmenu Archief Herbert Blankesteijn.