Gun uw kind ook eens gebrek

Herbert Blankesteijn, Intermediair 11-11-'99

Honger is een vervelend gevoel. Daar is een goede reden voor. Wanneer voedselgebrek een prettig of een neutraal gevoel teweeg zou brengen, zou je niets aan je honger doen, en sterven. Dus al onze voorouders die honger wel lekker vonden, zijn doodgegaan voordat ze zich konden voortplanten, en zijn dus niet onze voorouders geworden. Alleen zij, wier genen ervoor zorgden dat juist het verhelpen van de trek aangenaam was, kwamen een ronde verder. Ook de moderne mens verdraagt het hongergevoel slecht, en dat heeft nog steeds een functie. Maar gebrek is ook ergens goed voor.

Wij zijn qua genen het resultaat van de omstandigheden in het verleden, en niet van de omstandigheden van nu. Wij vinden zoetigheid en vet lekker omdat het snelle manieren zijn om aan brandstof te komen. Voorouders met deze voorkeur waren in het voordeel. Maar de evolutie heeft nooit de kans gekregen een genenpakket te ontwikkelen dat het hoofd kon bieden aan een overvloed van vet en suiker. Daarom worden we nu peervormig en gaan onze tanden verrotten, tenzij we speciale maatregelen nemen als joggen en tandenpoetsen.

Er is meer waar we niet tegen kunnen, al beseft bijna niemand dat. Zelf ben ik opgegroeid met de Schijf van Vijf: ik kreeg op tijd m'n vitaminen, mineralen, eiwitten, vetten en zetmeel, als ik het goed onthouden heb. En al zijn de theoretische details en de uitwerking wat veranderd, de gedachte erachter is gebleven: groeiende kinderlichaampjes mogen niets tekort komen.

Dit is een griezelige denkfout. Niet alleen overvloed is schadelijk. Precies genoeg is dat ook. Gedurende de honderdduizenden jaren waarin de mens is geëvolueerd tot wat hij nu is, is altijd gebrek de norm geweest. Er was hongersnood, er was een eenzijdig dieet (afhankelijk van de lokatie en de tijd: graan, peulvruchten, rijst of aardappelen), of er ontbrak een belangrijke component, zoals verse groente. Of men had genoeg te eten maar zat vol parasieten en ontleende dáár tekorten aan. Dat zijn de omstandigheden die onze voorouders dank zij hun genen hebben overleefd, en daar zijn onze genen dus voor geoptimaliseerd.

Geen wonder dat onze lichamen en die van onze kinderen ontsporen als we almaar verantwoord gevoed worden. We worden in het bijzonder wanstaltig lang. En we worden steeds langer, en dus gammeler. Spier-, pees-, gewrichts- en rugklachten nemen hand over hand toe. Dat maakt de gezondheidszorg duurder, maar bijvoorbeeld ook de bouw.

Dat we hier een halt aan moeten toeroepen ligt voor de hand. Opgroeiende kinderen moeten op z'n tijd gebrek lijden. Een keertje scheurbuik, een tijdje gewoon honger, een darmparasietje, een winter flink kou lijden, nu en dan een paar weken slaapgebrek, en minder vaccinaties, zodat niet alle ziekten op doktersrecept door de apotheek moeten worden verstrekt. Alleen zo krijgen we een werkelijk gezonde bevolking, met sterke, evenwichtige lichamen. En natuurlijk moeten ook volwassenen zichzelf, bij wijze van onderhoudsdosis, nu en dan duchtig verwaarlozen. Maar wie al een een gezin heeft en een carrière, heeft volgens dokter Blankesteijn geen verdere supplementen nodig.


Het materiaal dat hier verkrijgbaar is mag worden gedownload, gelezen en zelfs gekopieerd, maar alleen voor eigen gebruik. Vermenigvuldigen met winstoogmerk is niet toegestaan. Alles is copyright Herbert Blankesteijn, tenzij anders vermeld.