E-commerce slecht voor consument én ondernemer

Herbert Blankesteijn, De Volkskrant 26-10-'99

Jan Prins van de Internet Society Nederland (ISOC) ziet Internet door een roze bril. De klant is de baas op Internet, schrijft hij in Forum op 22 oktober, en hij ziet vooral voordelen. Bedrijven hebben lage kosten per klant, de zonnige verwachtingen op de beurs maken dat ze volop kunnen investeren. De consument krijgt gratis toegang tot Internet, lage prijzen door de felle concurrentie, en géén reclamebombardement, want bedrijven die hem lastig vallen keert hij de rug toe.

Daar klopt niets van. Met die lage prijzen valt het tegen. De boeken en cd's bij Amazon zijn vooral goedkoop door de lagere prijzen voor deze producten in Amerika. Door de hoge verzendkosten moet je een aantal tegelijk kopen om voordelig uit te zijn. Boeken kopen via een Nederlandse zaak op Internet, zoals het Nederlandse filiaal van Bertelsmann Online, is niet goedkoper; alleen makkelijker. Computerapparatuur via Internet: niet goedkoper, behalve in Amerika, net als de boeken. Kruidenierswaren: juist duurder.

Er zijn plekken op Internet waar je goedkope spullen kunt krijgen. Bijvoorbeeld op Buy.com, waar artikelen onder de kostprijs worden verkocht, om publiek te trekken dat vervolgens aan advertenties wordt blootgesteld. Maar zowel de handel in fysieke produkten via Internet als het adverteren op het netwerk hebben een speculatief karakter: of dat wat opbrengt moet nog blijken. Nu investeren de bedrijven nog, en dat levert het publiek hier en daar een douceurtje op. Maar vroeg of laat, via welke omweg dan ook, komt de rekening bij de consument terecht. Dat kan niet anders. De advertenties op Buy.com maken de producten duurder waarvoor wordt geadverteerd.

De consument krijg gratis Internet, maar deze toegang is van lagere kwaliteit. Dat vreest de vereniging van Internetproviders NLIP, die gratis providers ziet investeren in marktaandeel en niet in techniek. Nu is de NLIP een belanghebbende, maar het is een feit dat de gratis aanbieders trager zijn dan de betaalde. De consument is meer tijd kwijt en heeft hogere telefoonkosten. Voor telefonische hulp moet worden betaald, meestal een gulden per minuut, zodat het voordeel van een 'gratis' account snel kan verdampen. Wat er met privacygevoelige gegevens gebeurt is in veel gevallen onduidelijk.

Dat de klant door zijn koninklijke macht gevrijwaard wordt van reclame is volkomen onwaar. Alle juichverhalen ten spijt, kopen de meeste consumenten niets op Internet. Een consument die niets besteedt heeft niets om bij weg te lopen. Maar een bedrijf dat met een miljoen ongerichte reclameboodschappen tien klanten werft is blij, ondanks het feit dat 999.990 internetters het liefst de pui zouden rammen. Consumenten die geen klant waren, kun je ook niet kwijtraken, denkt de marketing manager tevreden, terwijl hij de volgende partij spam voorbereidt.

Dat bedrijven op Internet lage kosten per klant hebben is slechts theorie. Er zijn namelijk nog bijna geen klanten. Er wordt veel gekeken, en weinig gekocht. On-line zijn is voor een bedrijf dus juist duur in verhouding tot de opbrengsten. Apparatuur, software, verbindingen en een website moeten met zorg gekozen en door hooggekwalificeerd personeel onderhouden worden, en zijn elke paar jaar aan een upgrade toe. Dat Internetbedrijven het geld van optimistische aandeelhouders uitgeven is nu juist voor waarnemers een bron van zorg. Volgens een recent onderzoek van het internationale bureau Gartner zal driekwart van de huidige initiatieven op het gebied van electronische handel mislukken.

De realiteit, dat ziet Prins goed, is dat op Internet de ultieme concurrentiestrijd wordt gevoerd. Nederlandse boekhandelaren concurreren met Amerikaanse, Duitse computerzaken met Taiwanese, en de klant die wèl wat wil besteden, kan met slimme software zoeken naar de goedkoopste aanbieding. Nu is dat niet zo voordelig als het lijkt, want zodra er een probleem is met een levering uit Taiwan, heb je kans dat mail niet wordt beantwoord, en dat garantiebeloften niet worden nagekomen, nog los van de tijd die gemoeid is met verzending. U koopt hier nooit meer? Die kans was al niet groot, bovendien hebben we volgende maand een andere naam.

Wie een goed commercieel idee heeft voor Internet, zal merken dat dat snel wordt gekopieerd door figuren in obscure landen die met een fractie van de marge genoegen nemen. Elke winstmarge tendeert naar nul. De ondernemer op Internet kan kiezen: marge nul of omzet nul. Zelfs de deftige Britannica is nu genoodzaakt zijn hoogwaardige informatie weg te geven en zich over te leveren aan de onzekere markt van Internet-advertenties.

Zo leidt de internationale concurrentie tot het verdwijnen van de concurrentie. We zien dat op dit moment voor onze ogen gebeuren. Grote bedrijven kopen hun kleine concurrenten gewoon op en vormen machtsblokken en monopolies. Is een bedrijf eenmaal een bepaalde omvang gepasseerd, dan kan het de markt manipuleren en dicteren, zoals Microsoft doet. Opnieuw Gartner signaleert dat Microsoft sluipend de licentierekeningen voor - weerloze - bedrijven verhoogt. En zo is Internet een gigantische trechter die geld van ondernemers én het publiek in de zakken van een select groepje grootaandeelhouders, managers en succesvolle startups doet belanden.

Het zal me niet verbazen als we ergens in de volgende eeuw alleen nog maar computers kunnen krijgen van Dell, met software van Microsoft, om via de kabels van UPC alleen nog maar inkopen te kunnen doen bij Amazon. Of de klant dan nog de baas is lijkt me hoogst twijfelachtig.


Het materiaal dat hier verkrijgbaar is mag worden gedownload, gelezen en zelfs gekopieerd, maar alleen voor eigen gebruik. Vermenigvuldigen met winstoogmerk is niet toegestaan. Alles is copyright Herbert Blankesteijn, tenzij anders vermeld.