EXIT - Commodore 64
De best verkochte aller tijden
Herbert Blankesteijn, NRC Handelsblad 24-7-'99
De Commodore 64 kwam uit een goed nest. Zijn directe voorloper, de VIC-20, was vanaf 1981 al een daverend verkoopsucces geweest. Op zijn hoogtepunt verkocht de VIC-20 9000 exemplaren per dag. Volgens een voormalig werknemer van Commodore zijn er van de 'C64' sinds 1982 circa 20 miljoen stuks verkocht, meer dan van welk ander type in de geschiedenis van de computer ook.
C64-enthousiast Ferdinand van Halst gebruikt de zijne nog steeds, vooral voor tekstverwerking - de voornaamste gebruiksmogelijkheid van computers, en een waarvoor de computer zich na 1980 eigenlijk niet meer had hoeven te ontwikkelen. Waarom koos Van Halst ooit voor Commodore? 'Ik was begonnen op een ZX-80 van Sinclair. De opvolger daarvan, de Sinclair Spectrum, had van die rare toetsen. De Apple II was vrij duur, meer dan 2000 gulden. Een C64 kostte maar net 1000.' Behalve de prijs was de hoeveelheid geheugen een belangrijk selling point voor Commodore. 64 kilobyte was in het begin van de jaren '80 een weelde. Daarom ook bleef de machine met de originele specificaties jarenlang verkoopbaar. Verder was de C64 de eerste microcomputer met een ingebouwde synthesizer-op-een-chip. Er verscheen zelfs software op de markt (op geluidscassette) die van de computer een klavier maakte: onder elke toets een noot. Als hulpstuk werd een klein pianotoetsenbord bijgeleverd dat op de C64 kon worden gelegd, zodat met elke pianotoets de juiste lettertoets werd ingedrukt. Tenslotte verkocht de C64 goed door slimme marketing van Commodore. Zo werd de computer voor een lage prijs aangeboden bij schriftelijke cursussen.
Voor de Commodore 64 werd ten slotte het succes de oorzaak van het succes. Dat merkte Van Halst toen hij overstapte op de beoogde opvolger van de C64, de Plus/4. Dit nieuwe model was niet compatibel met zijn voorganger, dus de programma's waren over en weer niet te gebruiken. 'Na een tijdje ben ik teruggegaan naar de C64. Dat bleef een populaire computer, door de hoeveelheid gegevens en software die verkrijgbaar waren. Het is hetzelfde effect dat nu de pc groot maakt.'
Commodore leerde zijn lesje en bracht een nieuwe opvolger uit die wel dezelfde taal sprak als de C64: de Commodore 128. Dit was een machine met drie gezichten: je kon hem gebruiken als C64, als een uitgebreide versie daarvan (de 128 dus) en als een computer met het destijds vrij populaire besturingssysteem CP/M. Boudewijn Visser kocht er een op zijn veertiende, in 1984. 'Hij kostte bijna 1000 gulden. Het is een miskoop geweest in zoverre dat ik hem alleen als C64 heb gebruikt. Er was weinig speciale software voor en iedereen had een C64. Ik had beter eerder een pure C64 kunnen kopen.' Visser wierp zich op het programmeren (hij is intussen werkzaam als Internetspecialist). 'Er was een soort scheiding der geesten tussen degenen die zich echt in de machine verdiepten en de rest, die "alleen maar" kant-en-klare programma's gebruikte. Als je programmeerde sprak je met het nodige dédain over die laatste groep.'
Visser schiep er genoegen in speciale trucjes uit te halen. Bijvoorbeeld het plaatsen van figuurtjes in de rand van het beeld, die eigenlijk alleen maar van kleur hoorde te kunnen veranderen. Of het maken van een lichtkrant: tekst over het scherm laten lopen met een muziekje erbij. 'Technisch knap maar niet mooi. Net zoiets als wanneer je nu 25 verschillende lettertypen op één vel bij elkaar zet. En ik heb een paar spelletjes gekraakt. Dat was niet echt moeilijk. Je kwam ze eigenlijk zelden ongekraakt tegen.'
Van Halst hield zich bezig met reparaties van de hardware: 'Er waren een paar veel voorkomende problemen. Zo paste de voedingsplug in de video-ingang. En dan blies je de zaak op. Er waren uitbreidingsmodules, die je niet mocht aansluiten of verwijderen als de machine aanstond. Maar het kon wel, en als je het deed ging-ie inderdaad kapot.' Hoewel hij naar eigen zeggen niet fanatiek programmeerde, slaagde Van Halst er samen met een kennis in om een draaibank 'op beperkte schaal' te automatiseren onder het gezag van een C64. 'Door anderen zijn werkelijk de gekste dingen gedaan. Vooral op het gebied van spelletjes en de bijbehorende beelden. In die 64 kB geheugen gebeurden soms dingen die op een pc pas kort mogelijk zijn (in het duizendvoudige geheugen - HB).
Op talloze websites op Internet wordt op het ogenblik gratis C64-software verspreid. Overwegend spelletjes, maar ook veel emulatoren: programma's die een andersoortige pc zich kunnen laten voordoen als C64. Ze bestaan voor de pc, voor de Macintosh, voor Atari, Amiga (een later type van Commodore), en ook voor het professionele systeem Unix. Een van de emulatorbouwers bevestigt op zijn site de mening van Van Halst: een volwaardige emulator voor de C64 is pas mogelijk sinds er Pentium-processors bestaan, en dat is sinds 1994. Recentelijk is er zelfs een pc op de markt gebracht met een ingebouwde C64-emulator. In de sector 'gekste dingen' valt zeker een alternatief besturingssysteem voor de C64 dat in staat is verschillende programma's tegelijk te laten draaien. Dit zogeheten 'multitasking' hoort eigenlijk pas te kunnen op computers die tien jaar later zijn ontwikkeld dan de Commodore 64.
De ware liefhebber máákt misschien een emulator, maar gebruikt hem niet. In tegenstelling tot veel andere historische computers is de echte C64 op de tweedehands markt volop te krijgen, gratis of voor een paar tientjes. Dat is een gevolg van de extreem grote verspreiding en het uithoudingsvermogen van het type. Boudewijn Visser had in 1989 zijn C128 van de hand gedaan voor een Amiga, maar heeft enkele jaren geleden 'een paar' C64's gekocht, die weer tot leven moeten komen zodra hij er tijd voor heeft. Zelfs Internet hoort voor de huidige Commodore-hobbyïst tot de mogelijkheden. 'Tenminste, de tekstgeoriënteerde toepassingen zoals e-mail en nieuwsgroepen,' haast Ferdinand Van Halst zich te zeggen. 'Voor het World Wide Web moet je computer 640 bij 480 beeldpuntjes kunnen onderscheiden. Dat kan de 64 niet.'
Maar zeg nooit nooit. Volgens Visser bestaan er tegenwoordig uitbreidingsmogelijkheden die een C64 op het niveau brengen van een pc van begin jaren '90: 'Een processor van 20 MHz, een paar megabyte geheugen, en je kunt er zelfs een harde schijf op aansluiten. De vraag is alleen: is het dan nog wel een Commodore 64?'
Het materiaal dat hier verkrijgbaar is mag worden gedownload, gelezen en zelfs gekopieerd, maar alleen voor eigen gebruik. Vermenigvuldigen met winstoogmerk is niet toegestaan. Alles is copyright Herbert Blankesteijn, tenzij anders vermeld.