De tong van de draak

Herbert Blankesteijn, NRC Handelsblad 14-5-'92


De Lichtende God van de Taal drukt zijn stempel op het Rijk van de Draak. Of in gewoon Nederlands: Sjors van Driem laat sporen na in het koninkrijk Bhutan, aan de rand van het Himalayagebergte. Van Driem is door de regering van Bhutan aangetrokken om de nationale taal, het Dzongkha, te beschrijven. Zelfs de wegwijzers worden volgens zijn standaard herschreven.

Dr. Sjors van Driem is verbonden aan de vakgroep Vergelijkende Taalwetenschappen van de Rijksuniversiteit Leiden. Als specialist in het Sino-Tibetaans was hij drie jaar terug bezig de grammatica van drie Nepalese talen vast te leggen, toen het verzoek van de Bhutanese regering kwam, via het ministerie van Buitenlandse Zaken. Kennelijk had Bhutan van Van Driems ervaring vernomen. Hij liet zijn bezigheden in Nepal in de steek en spoedde zich naar het ontoegankelijke koninkrijk. 'Een buitenkansje,' oordeelt Van Driem. 'Bhutan is niet helemaal afgesloten voor toeristen maar een visum kost minstens 260 dollar per dag. Als toerist zou ik ook geen onderzoek kunnen doen. Nu mag ik op uitnodiging precies het werk doen dat ik heel graag doe. Dus ik dacht: Nepal kan altijd nog.'

Bhutan is iets groter dan Nederland en ligt ingeklemd tussen Tibet en India. Eigenlijk is Bhutan de Nepalese naam voor het land. De Bhutanezen noemen het Dru Ü: het Rijk van de Draak. Over het aantal inwoners bestaat wat verwarring. 'De officiële statistieken zeggen anderhalf miljoen, maar de koning heeft laatst in een interview met de BBC toegegeven dat het dichter bij 600.000 ligt,' aldus Van Driem. 'Mogelijk willen ze zich sterker voordoen dan ze zijn, met het lot van Sikkim en Tibet in het achterhoofd.' Deze twee Himalayastaten zijn in het verleden ingelijfd door India respectievelijk China. Traumatische gebeurtenissen voor Bhutan, dat zich nu streng afzondert van vreemde invloeden.

De taalkundige uit Nederland is er ontvangen als een absolute VIP. Ter inwijding werd er een gebedsdienst van een week gehouden. ('Het is normaal dat zulke gebedsdiensten lang duren,' sputtert van Driem bescheiden tegen.) Bij die gelegenheid werd hem de naam Jam'yang öz°er gegeven. Vertaald betekent dat Lichtende God van de Taal. ('Alle namen in Bhutan hebben een wat toverachtige, exotische betekenis.') Verder kreeg hij de titel Geshê: grootgeleerde. ('Ik denk niet dat de Bhutanezen erg tegen me opkijken.') Van Driem wordt geacht rond te lopen in een G°o, een traditioneel gewaad. De onderzoeker, die in Nepal mest naar de velden droeg en met de boeren in de open lucht sliep, verkeert nu in een positie dat hij omwegen moet bewandelen om iets aan anderen te vragen, omdat een grootgeleerde alleen vragen hoort te beantwoorden. En dan nog: 'Als mensen mij op komen zoeken dan doen ze een witte ceremoniële sjaal om, ze buigen, houden hun hand voor hun mond, kijken me niet in mijn ogen en doen allerlei andere dingen die van eerbied getuigen.' Van Driem is als enige taalkundige en als enige buitenlander lid van de Rijkscommissie ter Bevordering van het Dzongkha, een regeringsorgaan. Het Dzongkha wordt door 30% van de bevolking gesproken en is daarmee de grootste taal van het land.

De eerste prioriteit had de beschrijving van de grammatica van het Dzongkha. Dat was volgens Van Driem een prestigekwestie voor de Bhutanezen. Een dergelijk standaardwerk ontbrak tot nog toe. De grammatica is inmiddels voltooid en wordt dit jaar als een 406 pagina's tellend boekwerk uitgegeven door de Bhutanese regering. Van Driem werkt nog aan een lesboek dat nauw aansluit op deze grammatica en dat moet verschijnen in het Engels en in het Nepalees. Verder heeft hij een latinisering ontworpen: een fonetische weergave van het Dzongkha in het Latijnse alfabet. Het schrift van het Dzongkha is vrijwel identiek aan het Tibetaanse schrift en heeft met de uitspraak uitermate weinig te maken. Van Driem's latinisering heeft inmiddels in Bhutan kracht van wet. De wegwijzers in westelijk Bhutan, die tot nu toe waren voorzien van geïmproviseerde en inconsequente latiniseringen, worden volgens Van Driems regels vernieuwd. Voor de rest van het land moet de grootgeleerde opnieuw aan het piekeren, want daar hebben weer andere talen de overhand.

Waarom eigenlijk bewegwijzering in het Latijnse alfabet? Van Driem: 'Automobilisten zijn in Bhutan vaak mensen met een Westerse opleiding. Die kennen wel het Latijnse en niet het Tibetaanse schrift. Het gaat niet alleen om toeristen of andere bezoekers, maar ook bijvoorbeeld om Bhutanezen die in Darjeeling op school hebben gezeten. Die lezen geen Dzongkha, maar Hindi of Engels.' Van Driem schat het aantal analfabeten in het land, mensen die het worst zal wezen wat er op de wegwijzers staat, op 60 procent.

Wat beoogt de regering van koning Jimi Singge 'Wangchu met het leerbaar maken van het Dzongkha? Als het 260 dollar per dag kost om het geleerde in de praktijk te brengen zal het werk van Van Driem weinig meer dan symbolische waarde hebben. Of gaat het land open? Nee, zegt Van Driem. 'Ze willen gewoon dat iedereen die taal kan leren. Daar zit voor ons een tegenstrijdigheid, maar voor de Bhutanezen staan die dingen helemaal los van elkaar.'

Bhutan is met 21 talen een paradijsje voor talenwonder van Driem (die een antwoordapparaat heeft in vijf talen: Nederlands, Engels, Russisch, Nepalees en Dzongkha - en nog is dat soms niet voldoende). De 21ste taal werd door hemzelf en zijn Bhutanese collega Dr°âsho Sanggä Doji ontdekt tijdens de First Linguistic Survey of Bhutan, begin 1991. Het betrof een taal genaamd het Gongduk.

'De sprekers van het Gongduk geven helemaal niet toe dat ze een eigen taal hebben. Ze zeggen, onze taal is eigenlijk hetzelfde als het Dzonkha, alleen de tongval is iets anders. Ze doen er erg verlegen over, waarschijnlijk vanuit de ervaring dat het nooit voordelig is om tot een etnische of taalkundige minderheid te behoren.' Van Driem maakte zich ter plaatse een paar Gongduk-zinnen eigen. 'De mensen schrikken zich te pletter als je zegt: goedendag, waar gaat u naartoe. Maar ze vinden het ontzettend leuk, want ze trekken de conclusie dat je ze wel goed gezind zult zijn. Niemand kent Gongduk, en zeker niet in de naaste omgeving. Walen leren ook geen Nederlands, want de Nederlanders leren wel Frans.' Van Driem werkt aan een monografie over het Gongduk, en daarnaast aan werkstukken over de talen Monpa en Lhokpu.

Het beleid van de regering in Bhutan inzake taalminderheden is opmerkelijk te noemen. 'Het optekenen en bestuderen van de inheemse talen wordt als een belangrijke nationale taak beschouwd.' schrijft Sjors van Driem in een verslag van zijn werkzaamheden. Volgens een door hem opgestelde richtlijn mag de bevordering van het Dzongkha - het streven van de Rijkscommissie - niet ten koste gaan van andere talen. Een hoogst verlichte politiek.

Maar Bhutan heeft Van Driem niet nodig om met wijsheid te werk te gaan. Dat blijkt wel uit de manier waarop met de natuur wordt omgegaan. De bossen worden nagenoeg ongemoeid gelaten. '60 procent van het land is bos, en dan reken ik het oppervlak boven de boomgrens nog mee,' stelt van Driem. Die bossen worden bevolkt door sneeuwluipaarden, panters en rode panda's. Ook de manier waarop de buitenwereld wordt behandeld mag uitgekiend worden genoemd. Het toerisme blijft kleinschalig, exclusief en winstgevend door de dure visa. Westerse geldmagnaten wordt zelfbewust de deur gewezen. 'Er zijn mensen gekomen van het IMF en van de Wereldbank,' vertelt Van Driem, 'en die bieden zakken vol geld voor projecten waar ze winst uit denken te halen. Maar de Bhutanezen zijn anders dan ze denken. Er is hier een goed geschoold kader en die mensen zeggen: het beleid van het IMF heeft geleid tot ontbossing en andere rampen. Ze noemen dan een paar goede voorbeelden. Wij zijn misschien wel geïnteresseerd in uw geld, zeggen ze dan, maar niet op uw voorwaarden. En die bankiers zijn dan natuurlijk zeer ontgoocheld en teleurgesteld, maar ook vol ontzag en diep onder de indruk van de doordachte ideeën die ze er hier op na houden.'

Zo blijft Bhutan een arm, maar relatief ongeschonden land. Het Bruto Nationaal Produkt is, met 425 dollar per hoofd, groter dan in het catastrofaal ontboste Nepal. 'Er is geen honger in Bhutan,' zegt Van Driem. 'Medische voorzieningen en onderwijs zijn gratis. Alleen geniet niet iedereen onderwijs omdat er te weinig leraren zijn.' Een paradijs is het Rijk van de Draak met dat alles nog niet. Westers opgeleide artsen zijn er even zeldzaam als in post-Pol Pot Cambodja. Volgens Van Driem geeft de bevolking de voorkeur aan traditionele genezers. Dat klinkt romantisch, maar de keerzijde van die medaille is volgens onafhankelijke cijfers (het blad Asia Week uit Hong Kong) een extreem hoge kindersterfte: 118 op de 1000 in het eerste levensjaar. Het tolerante beleid tegenover minderheidstalen heeft niet kunnen voork%omen dat zich in de afgelopen twee jaar conflicten met een etnische achtergrond hebben voorgedaan. Volgens schattingen van Nederlandse ontwikkelingswerkers in Bhutan zijn daarbij waarschijnlijk meer dan 100 slachtoffers gevallen. In vijf zuidelijke districten is werken geruime tijd onmogelijk geweest.

Van Driem is net een paar weken terug en in het najaar gaat hij weer. Hij is het op één punt telkens oneens met de autoriteiten in Bhutan: die vragen elke keer of hij langer blijft en sneller weer terugkomt dan hij zelf zou willen. Het land de rug toekeren wil Van Driem beslist nog niet. Er moeten nog gelatiniseerde woordenboeken komen van het Dzongkha naar Engels en vice versa, plaatsnamen in de Bumthang- en Tshangla-talige gebieden moeten worden gelatiniseerd, en er komt een Second Linguistic Survey. Verder is Geshê Jam'yang öz°er betrokken bij de oprichting van een Universiteit van Bhutan en bij de totstandkoming van een samenwerkingsovereenkomst tussen de Rijksuniversiteit Leiden en de regering van Bhutan. Pas als in het kader van die samenwerking een aantal Bhutanese taalkundigen 'in de Leidse traditie' is opgeleid, kan Bhutan zonder Sjors van Driem.


Het materiaal dat hier verkrijgbaar is mag worden gedownload, gelezen en zelfs gekopieerd, maar alleen voor eigen gebruik. Vermenigvuldigen met winstoogmerk is niet toegestaan. Alles is copyright Herbert Blankesteijn, tenzij anders vermeld.
  • Terug naar het Herbert Blankesteijn Wetenschapmenu.
  • Terug naar het Hoofdmenu Archief Herbert Blankesteijn.