Herbert zoekt: Gadgets zonder adapters

Herbert Blankesteijn

 

Ik heb zeven mobiele telefoons, twee dect-telefoons, drie pda's, vier notebooks, een Archos, een minidiscspeler, twee digitale camera's en twee camcorders. Het kan zijn dat ik wat vergeet, maar dit geeft een idee.

 

De digitale camera's en de minidiscspeler vallen buiten het bestek van dit stukje, omdat ze werken op penlitebatterijen. Het gaat me vandaag namelijk om de adapters die je gedwongen bent te gebruiken bij elk apparaat dat géén normale (liefst oplaadbare) celletjes accepteert. Die adapters zijn allemaal anders: andere vorm, ander aansluitstekkertje, andere uitgangsspanning, enfin, het komt erop neer dat je voor elk apparaat een aparte adapter nodig hebt. Ben je een keer van huis zonder je adapter, en de accu van je telefoon raakt leeg, dan kun je hoog en laag springen, je vindt nergens de juiste adapter en je kunt niet bellen. Gaat een adapter stuk, dan zoek en betaal je je scheel om hem te vervangen.

 

Een uitzondering geldt, soms, binnen één merk. Ik heb drie Nokia's en de adapters zijn goddank uitwisselbaar. Voor mijn twee Ericssons geldt hetzefde. Des te meer was ik gefrustreerd toen ik merkte dat de adapters van mijn twee Siemenstelefoons verschillend waren. Toen ik vorig jaar op de Cebit in Hannover een Siemens-adapter nodig had, bleek zelfs op de stand van Siemens niemand te beschikken over de adapter voor het type in mijn binnenzak.

 

Ik snap dat het ontwerp van een apparaat de vorm van de accu dicteert, bij telefoons zowel als camcorders en andere machientjes, en dat je dus niet moet hopen op universeel uitwisselbare accu's. Maar dat de fabrikanten bij min of meer gelijksoortige apparaten als telefoons, pda's en muziekspelertjes het niet eens kunnen worden over één werkspanning en één connector, dat vind ik zielig. Voor mijzelf wel te verstaan. Het betekent een la vol draderige rommel thuis, en kilo's extra bagage op vakantie. En wat de deur dichtdoet is het feit dat die stomme adapters altijd ruimschoots groter moeten zijn dan het stopcontact waar je ze insteekt, zodat het stopcontact ernaast - soms zelfs de stopcontacten aan weerskanten - niet gebruikt kan worden. Als je tien of meer van die rotadapters hebt, kun je ze moeilijk allemáál aan het uiteinde van een slof plaatsen.

 

Lang heb ik gedacht dat het noodzakelijk was, een adapter buitenboord. De omvang van een adapter wil je toch niet in je telefoon, bijvoorbeeld. Maar waarom weegt de adapter van mijn Asus-notebook bijna 700 gram (inclusief snoer) en die van mijn Toshiba de helft? Die van de Toshiba had ik liever in de pc geïntegreerd gehad, ten koste van een iets grotere en zwaardere computer, dan zou dat geklooi met die draden tenminste beperkt worden tot het spannen van één uitwisselbaar netsnoertje.

 

En waarom kan het bij scheerapparaten wél? Ik heb twee oplaadbare scheerapparaten, een Philips en een Braun. De Braun bijvoorbeeld heeft wel iets weg van een mobieltje. Hij is niet veel groter en niet veel zwaarder dan  mijn Nokia's (200 gram ipv 150). De Philips en de Braun eten allebei grif 220V uit het stopcontact, met uitwisselbare snoeren. Ik kan ze zelfs opladen met het netsnoer van de ghettoblaster als het zo uitkomt: ze hebben een standaard 220V-contrastekker.

 

Dat wil ik ook op mijn telefoons, pda's, muziekspelers, notebooks en fototoestellen: ingebouwde transformators, en één eenvoudig snoertje dat voor allemaal geschikt is. Dan maar wat groter - weg met de adapters!