Herbert zoekt: tevergeefs op de CEBIT
Herbert Blankesteijn
De afgelopen week had ik het enigszins dubieuze voorrecht de CEBIT te mogen bezoeken. Als liefhebber van alles waar een batterij in gaat of een stekker aan zit (behalve strijkbouten) kan ik daar hartstochtelijk aan mijn trekken komen.
Aan de andere kant is het een beproeving. Twaalf uur reizen om daar vijf uur te kunnen rondlopen. En alsof het reizen niet zwaar genoeg is, krijg je ter plaatse te maken met gigantische afstanden. Als je van het ene uiteinde naar het andere wilt lopen ben je zeker een kwartier bezig.
Het is gekkenwerk om een beurs van deze omvang systematisch af te zoeken. Je moet jezelf een doel stellen, en je moet het toeval een kans geven.
Het toeval heeft toegeslagen in de vorm van de samenstelling van mijn reisgezelschap. Daardoor wist ik nog voor ik in Hannover was, dat er een nieuwe versie komt van de TomTom Navigator: de TomTom Go, een apparaat uit één stuk met ingebouwde gps-sensor en een aanraakscherm. Geen pocket-pc meer nodig, niets meer installeren, en een kraakhelder geluid. Je kunt hem desnoods gebruiken op de fiets. Ook kon ik in de bus al uitgebreid spelen met de M1000, een pocket-pc annex telefoon (met Bluetooth en noem maar op) die Orange binnenkort in Nederland op de markt gaat brengen. PalmOne komt op dit gebied met de Treo 600, een bellende zakcomputer met een toetsenbordje.
Een van mijn doelen was Philips, waar ik zoals verwacht bergen platte beeldschermen aantrof, internetradio's, zelfs een harddisk-videorecorder annex dvd-recorder, maar waar ik vooral met openhangende mond heb staan kijken naar een demo van hun medische afdeling. Daar kon je als bezoeker een hoofdband omkrijgen die hersengolven kon detecteren. Met die hersengolven kon je elektromagnetisch tegen een balletje duwen en zo je krachten meten met een tegenstander, ook uit het publiek. Een krankzinnig gezicht, twee mensen die uit alle macht tegen een balletje aan denken; ik was te verbouwereerd om foto's te nemen.
Ook ben ik bij Samsung wezen kijken, waar ik een verbazingwekkend assortiment Koreaanse mobieltjes aantrof, allemaal natuurlijk met camera, en vele geschikt voor umts. Van sommige kon je het scherm kantelen tot liggend formaat; van andere kon je het scherm omklappen zodat je de opgevouwen telefoon als een minuscule digitale camera kon gebruiken. Zo uit Star Trek weggelopen.
Omdat ik vooraf goed heb gebladerd in persberichten en artikelen uit allerlei nieuwsmedia weet ik ook wat ik niet heb gevonden.
De analoge videotelefoon van NEC bijvoorbeeld. De push-to-talk-technologie van Siemens, Motorola en Ericsson, waarmee je mobiele telefoons zult kunnen gebruiken als walkie-talkies. De videobeltonen van Jamba, die een soort filmpje afspelen als er iemand belt. Lifeblog van Nokia, een systeem dat je telefoon een soort dagboek laat bijhouden van agendapunten, gesprekken en foto's, dat je 's avonds in je pc of op je weblog kunt storten. De mp3-tjes met rechtenbeheer van het Duitse Fraunhoferinstituut. De draadloze internettelefoons van Skype. De nieuwe harddiskrecorder annex internetradio van KiSS. De wegwerpcomputers, verwerkt in verpakkingsmateriaal, van het Zweedse Cypak. De draadloze accesspoints verstopt in nepboeken of nephamburgers van het Duitse Huber & Suhner. En de indrukwekkende reeks noviteiten, het moet gezegd, van Toshiba: een 3D-display waar geen bril voor nodig is, een lcd-scherm met regelbare kijkhoek voor meer privacy, een prototype van een brandstofcel voor notebooks, de kleinste harddisk ter wereld (2 cm) en een hd-dvd-speler met 20 GB per schijf.
Allemaal niet gevonden. Volgende keer beter.