Het spel en de regels

Herbert Blankesteijn

In mijn studententijd (ca. 1980) was Risk een populair gezelschapsspel. Risk speelt zich af op een wereldkaart en aan het begin van het spel krijg je een opdracht, bijvoorbeeld om twee met name genoemde werelddelen te veroveren. Het is belangrijk te raden wat de opdracht is van je tegenstanders, want je wilt voorkomen dat zíj hun opdracht tot een goed einde brengen.

Op een avond had ik een leuk idee. Ik zou mijn eigenlijke opdracht negeren en er zelf een verzinnen: het veroveren van een gordel van landen die de hele Aarde zou omspannen. Een rijk waar de zon nooit onderging.

Het leuke daarvan was (voor mij) dat niemand van mijn vrienden begreep wat ik deed. Mijn acties pasten in geen enkele opdracht die zij uit het spel kenden. Uiteindelijk lukte het me niet mijn zelfbedachte missie uit te voeren en iemand anders won het spel. Toen ik verklapte wat ik had zitten doen, was iedereen boos.

Waarom eigenlijk? Ik had een grap uitgehaald, maar ik had niet vals gespeeld. Ik had geen enkele spelregel overtreden - behalve dan misschien de ongeschreven regel dat je het spel serieus speelt. Door mijn strategie was ik kansloos om te winnen en dat was in het voordeel van alle anderen, die zich wel aan hun opdracht hielden.

Hier moest ik aan denken toen ik in Wired las over conflicten in de online games Second Life en A Tale in the Desert. In Second Life heb je heuse burenruzies. Het voorbeeld dat Wired noemt is dat van een man die een levensgrote naaktfoto van zichzelf in zijn virtuele tuin heeft gezet - goed zichtbaar voor zijn buurvrouw. In A Tale in the Desert dook een speler op die te kennen gaf niet met dames te willen handeldrijven, maar wel graag te willen handelen in vrouwen.

Het blijkt dat de andere spelers, althans een aantal, in zulke gevallen luidkeels om hun moeder beginnen te roepen. Dat wil zeggen, ze melden zich bij de fabrikant van het spel en eisen maatregelen. (De vrouwonvriendelijke speler bleek juist door de maker van A Tale in the Desert in het leven te zijn geroepen om de boel een beetje op te schudden, maar dat doet aan de vragen hierover niets af.) Er worden zelfs symposia gewijd aan de vraag of je dit soort conflicten moet oplossen en zo ja hoe.

Ik vind dat gestoord - mensen die zulk gemekker serieus nemen kunnen geen onderscheid maken tussen werkelijkheid en spel. In de werkelijke wereld is discriminatie verboden. In de werkelijke wereld heb je zoiets als schending van de openbare eerbaarheid of seksuele intimidatie. Maar in een spel heb je alleen de spelregels en het spel zelf. Wat niet door de spelregels wordt verboden is toegestaan; denk aan mijn onaangepaste gedrag bij Risk.

Uiteraard kunnen regels veranderen, maar het zou bizar zijn de fabrikant van Monopoly of Mens-erger-je-niet te vragen of ze irritant gedrag via extra spelregels onmogelijk willen maken. (Ik heb wel eens geprobeerd tijdens Mens-erger-je-niet al mijn pionnen afgegooid te krijgen. Dat valt niet eens mee.) Je kunt moeilijk naar de rechter lopen als een kinderachtige speler jou de Dorpsstraat (Ons Dorp) niet wil verkopen omdat je een meisje bent, of een homo, of een mohammedaan. Als de regels dingen toelaten die jou niet aanstaan moet je een ander spel zoeken, of andere medespelers. Je hóeft niet online te spelen. Of je zoekt binnen de regels naar manieren om klojo's op hun nummer te zetten.

Mag vrouwendiscriminatie in een spel? Lijkt mij van wel. Een vrouwenhater benadeelt alleen zichzelf, net als een echte handelaar trouwens die zijn klantenkring moedwillig beperkt. Ik ken die games niet zo goed maar ik neem aan dat er mogelijkheden zijn om tegen zo'n persoon samen te spannen.

Nog één vergelijking. Iemand doodschieten mag niet. Maar als je in Doom, Quake, Medal of Honour, America's Army of een ander piefpafpoefspel overhoop wordt geschoten, ga je toch ook niet lopen klagen? Kom op dames, verman u. Verzin zelf iets origineels.