Fraude herkennen
Herbert Blankesteijn
Het wordt tijd dat ik het
opbiecht: ik heb gefraudeerd. Als eerstejaars natuurkunde moest ik bij het
praktikum de constante van Planck bepalen. Mijn metingen produceerden een heel
andere waarde dan in de boekjes stond. Bang dat een Nobelprijs mijn leven zou
veranderen, paste ik mijn gegevens zodanig aan dat de verwachte waarde eruit
kwam. Ik denk dat alle eerstejaars dit doen, want de constante van Planck is
nog altijd niet gecorrigeerd.
Jan Hendrik Schön is
waarschijnlijk slimmer dan ik, maar heeft zich dommer gedragen. Hij verzon
metingen die juist heel verrassend waren (electrische geleiding bij allerlei
stoffen waarbij dat nog nooit was gezien), en hij publiceerde ze nog ook. Omdat
zijn vakgebied praktijkgericht is - hij werkte bij Bell Labs - liep hij tegen
de lamp. Als je straffeloos onzin wilt verkopen in de wetenschap, zorg dan dat
de resultaten van geen praktisch belang zijn..
Er zijn nu mensen die roepen
om meer controle, en andere die juist menen dat het systeem heeft gewerkt 'want
Schön is immers ontmaskerd'. Allemaal onzin. Meer controle leidt tot slimmer
frauderen. Als eerstejaars wist ik dat mijn boeken nagekeken konden worden;
daarom had ik daar meetwaarden genoteerd met een zekere spreiding, waar een
resultaat uit volgde met een geloofwaardige nauwkeurigheid. Dat zou Schön
gedaan hebben als het nodig was geweest, en dan had hij juist sterker gestaan.
Nu zegt hij dat hij geen ruwe gegevens meer heeft vanwege gebrek aan
opslagruimte op zijn computer. Die smoes is in de wielersport met bewondering
ontvangen, maar onthult in feite alles.
Het systeem heeft níet
gewerkt, want Schön heeft in drie jaar negentig publicaties kunnen
uitpoepen. Ruim dertig daarvan zijn officieel dubieus, maar zouden de overige
zestig deugen? Gaan de wetenschapsbijlagen hun berichten hierover herroepen?
Ontelbare collega's hebben getracht op Schöns werk voort te bouwen en hebben zo
kostbare tijd verspild. De affaire doet me denken aan die rond de Indiase
paleontoloog Gupta, die in 1989 door de mand viel na in 25 jaar 450 artikelen
te hebben geproduceerd over gefingeerde fossiele vondsten. Het systeem werkt,
zei u?
Al is het achteraf makkelijk
gezegd: elke twee weken een grensverleggend experiment verzinnen, uitvoeren,
analyseren en verslaan, dat kán toch niet? Wie denkt dat dat wel kan, wil
bedrogen worden. Zoals elke charlatan weet, willen mensen dat inderdaad, vooral
wetenschappers, want waarheidszoekers zijn goed van vertrouwen en niet op
bedrog verdacht.
Als iemand één jaar zo
productief is, moeten er al alarmbellen rinkelen. Bij vakgenoten, niet bij een
controledienst. Die moeten dan via de mail detailvragen gaan stellen. Sociale
controle en gezond wantrouwen graag, en niet alleen bij extreme productiviteit.
Ik zou graag onthullen wat de indicatoren voor fraude zijn, maar daarmee zou ik
de ene illusie vervangen door de andere. Gebruik je verstand. Als je denkt: dat
kán niet, dan kan het misschien werkelijk niet.