Berkels Blues Spektakel

Herbert Blankesteijn

 

Het Berkels Blues Spektakel zou om acht uur beginnen. Om negen minuten over acht betraden we de feesttent, waar wat plukjes mensen rondhingen. Het podium was leeg, op de verwachte instrumenten en apparatuur na. 'Laten we wat gaan drinken,' zei ik tegen mijn metgezel. 'We mogen blij zijn als het om kwart voor negen begint.'

 

Precies op dat moment liep een man met een akoestische gitaar het podium op. Klein, mager, in onopvallende vrijetijdskleding. Een roadie, dacht ik, die gaat wat soundchecken. En inderdaad: de monitor graag wat harder, kan de gitaar ook op de monitor, zo communiceerde hij via de zaalluidsprekers met de techniek. Toen begon hij opeens te spelen. En te zingen. Het was Kaz Lux.

 

'Een van de beste zangers ter wereld,' zo had het plaatselijke advertentieblad de vroegere zanger van Brainbox opgewekt gekenschetst. Behalve Lux zouden optreden Jos Veldhuizen, bekend van de bluesband Flavium, en Nico Christiaanse van Livin' Blues - alle onder begeleiding van de Berkelse B-Street Band. Hoogtepunt van de avond: Cuby & the Blizzards. Een ouder wordende Nederlandse bluesliefhebber denkt dan niet na, en koopt een kaartje. En neemt het risico dat hij wordt geconfronteerd met een podium vol gewrichtsslijtage.

 

Onder zijn plaatselijke status als wereldster ging Kaz Lux niet gebukt. Hij was niet te beroerd om op tijd te beginnen, en om in zijn eentje met een gitaar de strijd aan te binden met een vollopende tent, waar enkele honderden jongere ouderen nog naroezemoesden. Lux maakte een ironische opmerking over Alzheimer, maar zijn verschijning en zijn stem waren perfect geconserveerd, alsof hij na de lp 'Eli' (1976, met Jan Akkerman) had vergeten ouder te worden. En hij sloofde zich uit of het zijn eerste optreden was.

 

Tegen het einde van deze one man show gebeurde er iets merkwaardigs. Lux had net een rock 'n rollnummer ingezet toen een omvangrijk heerschap in een lange zwarte jas en met een zwarte hoed op het podium opwandelde. Onderweg naar de microfoon schroefde hij een dwarsfluit in elkaar, waarna hij Lux' rock 'n rollakkoorden van een swingende fluitsolo voorzag. Het was Thijs van Leer. Zijn komst was niet aangekondigd en was mogelijk voor de organisatie ook een verrassing. Na de solo verdween hij minzaam groetend weer van het toneel.

 

Lux speelde nog een of twee nummers en maakte toen plaats voor de B-Street Band. Nico Christiaanse, met snor, bril, lang steil blond haar en cowboyhoed sprekend Koos Koets, deed mee als zanger en saxofonist. De eerste minuten waren hilarisch, doordat Christiaanse last had van een weigerachtige zangmicrofoon. Hij zong dus maar in de microfoon die voor de sax was bestemd, toeterde vervolgens in een zangmicrofoon die het toevallig wel deed, en werkte zich definitief in de nesten toen hij de saxmicrofoon waar hij in zong losmaakte van de standaard en in zijn hand nam, waardoor hij even later niet eens meer twee handen vrij had om saxofoon te spelen. Hoochie Coochie Man ging zo grotendeels de mist in.

 

Maar toen de technische problemen waren opgelost stond er een gezelschap dat voor een gelegenheidsband opvallend soepel speelde, met drie van de beste blueszangers van Nederland die er met tomeloos plezier een soort estafette van maakten. Oudjes van Brainbox (Doomsday Train) en Flavium (You upset me, Night Life) werden even hartstochtelijk voorgedragen als andere klassiekers (Before you accuse me). Tijdens instrumentale passages hadden Kaz Lux en Jos Veldhuizen tijd om grijnzend te poseren voor fotograferende toeschouwers, en verder las met name Veldhuizen bij tijd en wijle zijn teksten ongegeneerd van papier.

 

Op onverwachte momenten was er telkens weer de monumentale aanwezigheid van Thijs van Leer - 'belangeloos optredend' volgens een van zijn collega's - die de aandacht opeiste met ontregelende solo's op steeds eigenaardiger instrumenten. Zo speelde Van Leer La Bamba op piano tijdens My baby don't stand no foolin', vertolkte hij op een ander onmogelijk ogenblik zijn jodelpartij uit Hocus Pocus, en waarde hij tenslotte op het podium rond met een melodica (blaasinstrument met toetsenbord).

 

Zelden zo'n leuke avond gehad. En opeens, rond elven, kondigde Kaz Lux aan dat het 'voorprogramma' was afgelopen. Voorprogramma? Da's waar ook, Cuby & the Blizzards moesten ook nog.