De
Wet van Meer
Herbert
Blankesteijn
De
laatste tijd hoor ik vaak dat de Wet van Moore op zijn laatste benen loopt.
Voor wie deze natuurwet niet kent: de Wet van Moore is genoemd naar Gordon
Moore, een van de oprichters van Intel, en zegt dat het aantal transistors op
een processorchip elke achttien maanden met een factor twee toeneemt.
De
Wet van Moore is een wet van niks. Hij is niet gebaseerd op fatsoenlijk
onderzoek. Er zit geen theorie achter. Hij verklaart niets, hij beschrijft
alleen. En hij voorspelt altijd hetzelfde: over anderhalf jaar tweemaal zoveel.
Je kunt er niets anders mee.
De
huidige discussies gaan over de vraag of de Wet van Moore geldt, en of hij kan
blijven gelden. Alsof dat ertoe doet. Moore zelf heeft zijn wet nog eens heeft
gecorrigeerd: van een verdubbeling elk jaar naar één elke 18 maanden. Dat is
futiel, gezien het kwalitatieve karakter van de wet. De WvM zegt dat we morgen
meer zullen kunnen dan vandaag, en dat die toename in onze microelectronische
vermogens vrij hard gaat.
De
vraag of de WvM blijft gelden, gaat over productietechnologie. Het zal een jaar
of vijftien geleden zijn - de WvM was twintig jaar oud - dat ik voor het eerst
vernam dat het praktische plafond voor de transistordichtheid in zicht kwam.
Het theoretische plafond is duidelijk: draden dunner dan één atoom zijn
uitgesloten, en op een onderlinge afstand van een paar atoomdiameters krijg je
quantummechanische lekkage tussen de ene draad en de andere. In de praktijk zal
het eerder misgaan, bijvoorbeeld doordat zulke fijne structuren niet kunnen
worden geëtst.
Gordon
Moore zag het bij structuren van 250 nanometer ophouden; dat punt was in 1997
bereikt. Inmiddels kan Intel transistors maken van 70 nm, en is de Wet van
Moore tot minstens 2005 gered. En dan wordt er wel iets nieuws bedacht. Waarom
zou je moeten etsen? De fundamentele limiet van één atoomdiameter wordt pas
over twintig jaar bereikt.
Als
een vakblad of een wetenschapskatern zegt dat de dagen van de WvM zijn geteld,
bedoelen ze dat het afgelopen is met de toename van de snelheid van computers,
tenzij we iets slims bedenken. Dat is nonsens. Wat de WvM zegt over aantallen
schakelaartjes op een stuk aardewerk is niet interessant. Het gaat erom wat we
ermee doen. Er bestond al een WvM vóór 1959, toen het eerste geïntegreerde
circuit met een tiental transistoren werd gemaakt. Eeuwen geleden is de mens
begonnen machinaal te rekenen. De gegeneraliseerde Wet van Moore is een Wet van
Méér: sinds de uitvinding van het telraam zijn de ontwikkelingen onstuitbaar. Als
de chips van Intel niet sneller kunnen, stoppen we er méér in een computer. Of
we gaan rekenen met quanta. Of we halen eerst de fouten uit de bestaande
programma's en apparatuur. Of we gaan eindelijk weer eens slim programmeren.
Want het leeuwendeel van de winst die de Wet van Moore oplevert, is door de
makers van software verspild.