De
modulaire fiets
Herbert
Blankesteijn
Onlangs
zocht ik een nieuwe fiets. Ik had een bescheiden wensenlijstje. Naïef als ik
ben, verwachtte ik dat het met fietsen net zo eenvoudig zou zijn als met
computers: dát frame graag, dat stuur, die banden, die spatborden, deze
derailleur, enzovoort. Net zoals je zelf kunt kiezen welke processor, hoeveel
geheugen, welke grafische adapter, wat voor geluidskaart en welk fabrikaat
harddisk tot je systeem zullen behoren.
In
zoveel detail wilde ik mijn fiets niet eens samenstellen. Ik wilde drie
tandwielen vóór, om in de bergen goed uit de voeten te kunnen. Ik wilde
spatborden, omdat ik geen zin heb in een brede baan modder op mijn rug. Een
bagagedrager - van een rugzak krijg je maar last. En tenslotte een racestuur.
In de eerste plaats omdat ik dat gewend ben; in de tweede plaats omdat dat
werkelijk, ik zou haast zeggen
objectief, beter is. Met een racestuur kun je vier verschillende houdingen
aannemen: handen in de beugel, op de remmen of bovenop het stuur en als vierde
mogelijkheid de ellebogen op het stuur. Geen enkel alternatief kan daaraan
tippen.
Ik
had geen buitenissige ideeën over
spaken, remkabels of -blokjes, velgen of trappers. Vier eenvoudige, goed
gemotiveerde wensen. Ik zou verwachten dat duizenden Nederlanders met precies
zo'n lijst naar de fietsenmaker gaan.
-
'Dat hebben we niet. Wat u zoekt heette vroeger een randonneur, maar die zijn
eruit.'
-
'Eruit? Waarom?'
-
'Tja, ze maken nu dit.'
En
de detaillist wees op een doordacht vormgegeven citybike met gelzadel, ergonomisch ontworpen schakelmechanisme en
gebruikersvriendelijk magnesium buizenframe met asymmetrische dwarsdoorsnede.
Verkrijgbaar in een aantrekkelijk kleurenpalet, dat moest ik erkennen.
-
'Waarom maken ze nu dit?'
-
'Nou, ja, die andere zijn eruit.'
Zo
weinig kennis van zaken was ik tot dan toe alleen in computerzaken
tegengekomen.
-
'Maar u kunt toch wel een fiets voor me samenstellen?'
-
'Eh… Nou, nou. Dat zal niet meevallen.'
Fietsen
met racestuur bleken nooit spatborden te hebben, en door gebrek aan ruimte en
aansluitpunten konden die er ook niet op. De eis van drie voorbladen beperkte
de keus tot twee of drie typen. Bagagedragers zouden gammele improvisaties
blijven.
Fietsen
met normale spatborden hadden te dikke banden voor mij, maar alla. Erger was
dat ze óf een gewoon herenfietsstuur hadden, óf zo'n dom ossekopstuur met twee
vooruitstekende handvatten. In de cyclistische prehistorie kon je een stuur
vervangen, maar door de vooruitgang is dat uitgesloten. Remmen en
schakelmechaniek zijn klantgericht in het stuur geïntegreerd - take it or leave it. Terwijl de fiets
altijd bij uitstek het apparaat was dat je kon begrijpen door simpelweg te
kijken, waarna je kon gaan sleutelen.
Ook
op de computermarkt slaan design en confectie toe. Grote merken als Apple,
Compaq, Packard Bell en IBM leiden deze beweging. Goed voor de leek, slecht
voor wie weet wat hij wil. Een pc op bestelling kan nog, maar hoe lang?
Intussen
zoek ik op de tweedehands markt naar een fiets op maat.