Helenmaal fout

Herbert Blankesteijn

 

Als taalliefhebber heb ik aan twee dingen een uitgesproken hekel. Ten eerste aan personen die verwijtbaar hun taal niet beheersen, bijvoorbeeld door gemakzucht of desinteresse. Ik begrijp niet dat goed opgeleide mensen als zakenlieden, programmeurs, ingenieurs of therapeuten zich zo bezondigen aan jargon, stijl- en spelfouten en aan regelrechte onzin. Het gebrek aan Algemeen Beschaafd Nederlands van een ongeschoolde of een buitenlander heeft een onvervangbare charme, maar als je er de kansen en het verstand voor hebt moet je normaal Nederlands spreken en schrijven, vind ik.

 

Ten tweede veracht ik de sleutelaars aan de taal. Dat je regels aanpast aan het feitelijke gebruik, goed. De taal leeft. Maar het onnodig wijzigen van de regels omdat het 'makkelijker' moet is een gotspe, omdat willekeurige verandering alles moeilijker maakt. Sinds de laatste correctie doe ik niet meer mee. Elke pannekoek, ruggegraat en smartegeld die door de redactionele controles glipt, beschouw ik als een overwinning.

 

Huiskamervraag 1: Wie begrijpt er nog iets van de huidige spellingregels?

 

Laatst was er een Engelse taalgeleerde die waarschuwde tegen de taalverloedering door het sms-en. Sms-taal barst van de afkortingen (ff in plaats van even), symbooltaal zoals smileys, en andere vondsten, waarbij we in Nederland zorgelijk kunnen denken aan Engelse trucs als '4u'. Je vindt het zelfde natuurlijk ook in chatboxen en in mindere mate in nieuwsgroepen en e-mail.

 

Volgens mij is dit geen gebrek aan beheersing maar creativiteit, en het resultaat grenst aan poëzie. Er worden nieuwe uitdrukkingen verzonnen die moeten voldoen aan extreem strenge eisen van kortheid en duidelijkheid, om maar te zwijgen van intoetsbaarheid op een gsm. Wat daaruit komt is interessant en we zullen er op den duur het nodige van in de algemeen gebruikte taal terugvinden. De taal leeft.

 

Huiskamervraag 2: Is sms- en chattaal mooi of lelijk?

 

Wie wrakke taal wil zien, moet kijken (behalve in computerbladen) op privé-homepages en discussiepagina's op internet. Het verschil tussen een d en een t, tussen jou en jouw en tussen leiden en lijden is daar onbekend. Ik denk wel eens dat de kennis van elementaire taalregels verdwijnt door het gebruik van gecomputeriseerde spelling- en grammaticacontrole, maar waarom worden de teksten voor homepages en fora daar dan niet mee gefatsoeneerd? De tekstverwerker thuis heeft die optie toch ook?

 

Bij mij strijden ergernis en sardonisch vermaak om voorrang. De ironie is namelijk dat we qua regelgeving voor de taal terug zijn in de tijd van vóór de boekdrukkunst. De boekdrukkunst heeft uitgevers macht over de taal gegeven - en de sufferds hebben die macht afgestaan aan door de overheid ingestelde commissies van taalverbeteraars. In het tijdperk van internet hebben noch uitgevers, noch commissies die macht meer. Iedereen kan publiceren wat hij wil. Als dit stukje op Hccnet heeft gestaan, kan ik het als ik dat wil op mijn eigen site zetten, in mijn eigen versie, mét eventuele fouten en in de spelling die ik prefereer. Niemand houdt me tegen.

 

Huiskamervraag 3: Is het goed of slecht dat iedereen taal vol fouten kan publiceren?

 

Taal ontwikkelt zich door fouten. Dank zij een falend taalonderwijs en een vrijheid van publiceren die niet alleen in de wet staat maar nu ook in de praktijk onbeperkt is, kan er meer worden geknoeid dan ooit tevoren. De regelgevers kunnen straks alleen nog maar sanctioneren wat allang gebruikelijk is geworden. Voorschrijven is uit de tijd.