Seks zonder luchtballon
Herbert Blankesteijn
Volgens recent Amerikaans onderzoek zijn honderdduizenden mensen
verslaafd aan cyberseks! Criterium
daarvoor was: minstens elf uur per week surfen voor de seks.
Alweer! Lees de berichten over dit soort zaken met achterdocht. Wat ik
altijd mis is de juiste vergelijking. Ook nu zeggen de onderzoekers: het is een
epidemie. Maar is het erger de televisieverslaving van de Amerikaan of de
Nederlander? Erger dan onze verslaving aan vet eten? Hoeveel procent van de
bevolking is verslaafd aan christelijk-fundamentalistische denkbeelden?
Ik mis ook helder denken over oorzaak en gevolg. Dwangmatige
sekssurfers, zeggen de wetenschappers, hebben meer problemen bij werk en
relaties. Ja, dat zal wel. Maar zou de behoefte aan vieze plaatjes oorzaak zijn
of gevolg van relatieproblemen? Brengt het snuffelen aan erotica je op slechte
gedachten, of helpt het je er juist vanaf? En als er geen cyberseks was, zouden
deze mensen dan misschien verslaafd raken aan veel kwalijker dingen, zoals
drank? Zulke vragen worden veel te gemakkelijk onder het tapijt geveegd door
mediageile wetenschappers en puriteinse journalisten.
Een groter manco is, dat het bewuste onderzoek gedaan is via internet
zelf, door middel van een enquete op de site van MSNBC. Hij is dus ingevuld
door mensen die dat graag wilden, en mensen die het erg graag wilden konden hem
straffeloos tien keer invullen. Grappenmakers hebben bij internet-enquêtes vrij
spel.
Mij lijkt het tijd om op te houden met moeilijk doen over on-line seks.
Het goede voorbeeld werd in maart gegeven door het computerblad PCM, met een
lovend artikel over de bedrijven en de zakenlieden achter sekssites. Dat is
tenminste een bedrijfstak op internet die het afkan zonder luchtballonnen.
(Dank aan Business Nieuws Radio)