Pc op basisschool onnodig
Herbert Blankesteijn
Wat zou het fijn zijn als het eens afgelopen was met dat gezeur over computers in het basisonderwijs. Je kunt er leuk mee spelen en de kinderen vinden ze prachtig, maar nodig zijn ze niet.
Door wie wordt eigenlijk gepleit voor computergebruik op basisscholen?
Door mensen uit het onderwijs, die er meestal geen kaas van gegeten hebben,
door politici, waarvan de meeste in tegenstelling tot de bovenbouwjeugd geen
html-bestandje kunnen uploaden, en door belanghebbenden uit de industrie. Geen
sterke basis voor verstandige besluitvorming lijkt me. Begin 1997 was er nog
een groep industriëlen die pleitte voor een eigen draagbare computer voor
iedere leerling in de bovenbouw. De duurste, meest kwetsbare apparaten voor de
meest gerenommeerde slopers van het land – een groter brevet van onvermogen
voor deze adviseurs was nauwelijks denkbaar.
Waar zijn de onderzoeken die aantonen dat je voor je twaalfde
computervaardigheden moet opdoen? Nergens. De computer is daar te jong voor.
Iedereen roept maar wat. Een betere reden
dan een vaag 'jong geleerd, oud gedaan' is er niet. Iedere volwassene die nu
redelijk met een pc kan omgaan is een levend bewijs voor de stelling dat je er
op elke leeftijd mee kunt beginnen. En zo is het natuurlijk ook. Ook je
rijbewijs kun je op elke leeftijd halen - als je jong bent gaat het vlotter,
maar veel maakt het niet uit.
Waarom leert een kind van tien op
school de computer te gebruiken? Toch zeker om dat later des te doeltreffender
te kunnen doen. ‘Later' is over een jaar of tien. Stel dat tien jaar geleden
een kind van tien op school met een computer had mogen werken. Zou dat kind nu,
als jong-volwassene, nog wat hebben aan die ervaring met MS-DOS of met Basic?
Nee, die zou volstrekt irrelevant zijn, door de snelle ontwikkeling van de
technologie. 'Jong geleerd, oud gedaan' gaat dus niet eens op.
De drijvende kracht achter
beleidsvoornemens over computers in het onderwijs is nog steeds het misplaatste
onbegrip en het dito ontzag voor die apparaten bij de oude generatie die in Den
Haag aan de knoppen zit, zowel in het parlement als op de betreffende
departementen. Die generatie denkt dat het moeilijke apparaten zijn, en dat je
veel les moet hebben om ermee te kunnen leren werken. Hoe weten ze dat? Niet
omdat ze het hebben geprobeerd en hebben gefaald. Ze denken nog steeds dat
computers moeilijk zijn omdat ze niet
hebben geprobeerd ermee om te gaan, want ze denken dat dat moeilijk is.
Diegenen die het wel proberen, zoals Zalm, Cherribi en nog een enkeling, lachen
daarom. Terwijl zij toch ook niet op de basisschool ermee kennis hebben
gemaakt. De kinderen zelf lachen het hardst.
(Denk ik dat veel ambtenaren
en politici nog altijd geen computer aanraken? Nee, natuurlijk niet. Hoewel,
politici… Maar ik denk wel dat de meerderheid alleen de strikt noodzakelijke
programma’s en knopjes gebruikt - dus alleen tekstverwerker, browser en mail -
nooit eens voor de lol of uit nieuwsgierigheid iets nieuws probeert, en niet op
eigen initiatief zijn werkwijze probeert te verbeteren. In die zin gaan nog
hele volksstammen niet werkelijk met de computer om. Deze mensen laten zich
peperdure cursussen aansmeren terwijl zelf spelen veel efficiënter en leuker
is.)
Nu je niet meer hoeft te
kunnen programmeren om je te redden achter een pc, kun je de essentiële
computervaardigheden voor een academische studie leren in anderhalf uur. Dat
heb ik niet van mezelf, maar van een hoogleraar aan het Amerikaanse
Massachusetts Institute of Technology, waar de hoogste maatstaven ter wereld
gelden. Over vijf jaar is het allemaal nog makkelijker geworden en is een
kwartier voldoende, denk ik.
En hé, computeranalfabeten in
Den Haag, jullie denken toch dat kinderen zich de computervaardigheden zo
makkelijk eigen maken? Waarom dan die haast? Dan is het op de middelbare school
toch ruimschoots vroeg genoeg? In elk geval heb ik geen aanwijzingen dat de pc
op de basisschool ergens goed voor is. Op de basisschool van mijn kinderen
struikel je over de moderne multimediacomputers. Maar het zijn de bollebozen
die er een spelletje op mogen spelen als ze klaar zijn met hun werk en lastig
worden. Verder wordt er wat tekst op ingetikt voor een werkstuk. En intussen is
er geen geld meer voor liniaals.