Verkeerd mailen
Herbert Blankesteijn
Bij veel gelegenheden heb ik de lof gezongen van de e-mail. Mail is snel
en goedkoop ongeacht afstand, je hoeft niet te adresseren of naar de
brievenbus, en de ontvanger hoeft niet aanwezig te zijn. Het perfecte medium
voor berichten.
Intussen ben ik daar anders over gaan denken. Scepsis had ik vijf jaar
terug al, toen er mensen waren die volhielden dat je de president van de VS een
mailtje kon sturen, als je zijn adres maar had. Uiteraard kon en kan dat, maar
reken niet op antwoord, zeker niet van de president zelf. Het gemak en het
succes van mail kunnen de oorzaken zijn van de ondergang van dit prachtige
middel, zoveel was toen al duidelijk.
Het fenomeen spam is ook een
nagel aan de doodkist van de mail. Hoe meer zinloze berichten je krijgt, hoe
minder je de belangrijke kunt terugvinden. Het gemak van de verzender is de
ellende van de ontvanger. De ervaren gebruiker kan zijn mailadres zo geheim
mogelijk houden, en filters maken die post met bepaalde inhoud of van bepaalde
afzenders elimineren. Maar afzenders op hun beurt kunnen proberen die
maatregelen te omzeilen.
Het ergst, gek genoeg, zijn de gewone contactpersonen. Mensen die, door
gebrek aan ervaring of door onnadenkendheid, te goeder trouw dingen verkeerd
doen. Voorbeelden.
Een compleet bericht terugsturen met een éénregelig antwoord erin
verstopt. Waar staat de reactie? Ik hoef mijn complete tekst niet terug! Neem
de moeite die te wissen.
Het doorsturen van waarschuwingen voor virussen, en van kettingbrieven
ten bate van zieke jongetjes. Allemaal onzin, allemaal vervuiling van internet
in het algemeen en van mijn postbus in het bijzonder. Denk niet: baat het niet
dan schaadt het niet. Als het niet baat, schaadt het wél.
Ook erg is: geen bevestiging sturen op een verzoek om iets te doen. ‘Zou
je even dat-of-dat willen regelen?’ Geen reactie. Is het bericht ontvangen en
wordt er gehandeld? Is het zoekgeraakt? Of is het wel ontvangen maar niet in
goede aarde gevallen? Is de geadresseerde afwezig? Als afzender weet ik het
niet, en moet ik nog eens mailen - of bellen - om te vragen of er actie wordt
ondernomen.
Een ramp is de te grote bereikbaarheid. Er zijn mensen die op internet
vrij eenvoudig zijn te vinden, en die dus veel mail krijgen, vaak van volslagen
vreemden. Dat is niet altijd verkeerd, maar het is een probleem, omdat elk
mailtje tijd kost. De een houdt het hoofd boven water door botweg niet te
reageren, de ander is netter en beleefder, geeft keurig antwoord en komt
daardoor met andere bezigheden in de knel.
E-mail frustreert me zo vaak en zo intens dat ik voor veel dingen allang
weer de telefoon pak. Het goede nieuws is, dat veel fouten te voorkomen zijn
als verzenders en ontvangers van mail zich een beetje in elkaar verplaatsen.
Even nadenken dus. Nalezen wat u verstuurt. Is dit nodig? Is dit begrijpelijk?
Vriendelijk genoeg? Is het aan de juiste persoon? En dan pas klikken op de Send-knop.