Nooit meer internet

Herbert Blankesteijn

 

Uit Amerika komt het bericht dat 30 miljoen Amerikanen zich in 1999 van internet hebben afgekeerd (ZDNet, 6 december). Zij omschrijven zichzelf als 'voormalige gebruikers', aldus het onderzoeksbureau Cyberdialogue.

 

Zo'n onderzoek kan niet deugen. In de VS wonen ongeveer 280 miljoen mensen. Op dit moment is ruim de helft daarvan online, zeg 150 miljoen, maar een jaar geleden waren dat er natuurlijk minder, misschien 120 miljoen (het gaat even niet om de precieze aantallen). Dan zou een kwart daarvan in 1999 de pijp aan Maarten hebben gegeven, terwijl de bevolking van het Amerikaanse internet niettemin zou zijn gegroeid? Heel onwaarschijnlijk.

 

En als er nu nog 130 miljoen niet-gebruikers zijn in de VS (de rest van die 280 miljoen), dan zouden daarvan 30 miljoen, bijna een kwart, gewezen gebruikers zijn? Dat kan gewoon niet. Maar dat er mensen zijn die hun modem de deur uit doen, geloof ik wel degelijk. Zullen we even een paar mogelijke redenen op een rijtje zetten?

 

= Problemen met inloggen. Zie mijn stukje 'Niets' van vier weken terug. Ik heb sindsdien wat zitten turven en ben tot de conclusie gekomen dat bij de zeven providers die ik geregeld gebruik, ongeveer 30% van de inlogpogingen mislukt. Elk van die mislukte pogingen levert KPN, en via de bekende kickbackregeling ook de provider, geld op (bezettoon krijg je bijna nooit). Een mooie beloning voor slechte service.

 

= De zandloper. De grootste boosdoeners zijn hier niet de providers maar de websites. Die stampen hun pagina's vol met advertenties en andere afbeeldingen, Javascripts en -applets, Flash-animaties en wie weet wat allemaal nog meer (kijk voor de gein op www.waitallday.com). Sommige pagina's van sites met computernieuws, zoals ZDNet en Automatisering Gids, zijn groter dan 150 kB. En dat voor een paar kB aan tekst! Het snelste modem doet over 150 kB onder optimale omstandigheden een halve minuut. Langzame verbindingen maken dat mogelijk erger, maar goed krijg je het nooit. De pagina waar deze column op staat blijkt - ik heb het tijdens het schrijven even bekeken - goed ontworpen: bijna 30 kB omlijsting voor ongeveer 4 kB tekst. Zuiniger kom ik op internet zelden tegen. Hulde.

 

= Onaangename verrassingen. Ik noemde al Flash. Je probeert een site op je scherm te krijgen, bijvoorbeeld om informatie over telefoontarieven te krijgen (Ben), over tv-programma's (Tros) of computernieuws (Hccnet), en je moet eerst een tijd wachten omdat er iets vaags wordt gedownload, en daarna moet je een animatie uitzitten waar je niet om hebt gevraagd, en waarvan je ook niet weet hoe lang hij duurt en of hij al is afgelopen. Vaak is er wel een knopje 'skip intro' (dat niet eens altijd werkt), maar hee, ontwerpers, wat denken jullie zelf? Stel dat er standaard géén animatie werd vertoond, en stel dat er een knopje was 'vertoon intro'. Hoeveel mensen zouden daar elke keer weer gretig op klikken? Nou dan. Wég met die rotzooi!

Onder de onaangename verrassingen vallen verder 'script errors', waarvan ik waarachtig niet weet wiens schuld ze zijn. Of alle dialoogboxen met 'Download now'. Dan mis ik weer een plugin, of heb ik de verkeerde versie van iets, ze barsten maar. Ik download niks.

 

= Valkuilsites. Dat zijn sites die je browser verbouwen, die de adresbalk en de knoppen voor 'Terug' en 'Stop' laten verdwijnen. Voorbeelden vind je op www.3fm.nl en op www.top9.com. Je kunt niet weg uit zo'n site, tenzij met Alt-F4. Hoe durven ze.

 

= Popup vensters, een plaag die bekend is uit de pornosector, van redirect (doorverwijs-) services en van homepages bij gratis providers. Het is een sport om ze weg te klikken voordat er iets in te zien is, maar vervelend blijven ze.

 

En dan heb ik het nog niet eens over spam, virussen, creditcardfraude en privacykwesties, die ik stuk voor stuk minder erg vind. Daarover misschien een andere keer. De genoemde dingen kunnen een vaardige internetgebruiker razend maken. Wat moet een beginner dan wel niet? Als je nog niet afhankelijk bent van de mail: terug naar krant en telefoon. Heerlijk, ik wou dat ik het kon.