Olympisch rechtenspel
Herbert Blankesteijn
Het Internationaal Olympisch
Comité probeert de verspreiding van informatie over de Spelen op internet te
beteugelen. Het bekendmaken van uitslagen wordt vertraagd, het verspreiden van
videobeelden wordt zoveel mogelijk verhinderd. Dat leidt tot verontwaardiging
in de internetgemeenschap, die gewend is dat vrijwel alle nieuws gratis op
sites verschijnt, meestal zelfs sneller dan in de krant.
De realiteit is, dat het IOC
zeggenschap heeft over zijn eigen evenement, en over de beeldrechten ervan. Het
Comité staat dus in zijn recht als het de videorechten exclusief aan bepaalde
tv-stations verkoopt, en de verspreiding via internet door anderen verbiedt.
Ook het maken en verspreiden van amateurbeelden is illegaal - wat niet
hetzelfde is als onmogelijk. Het zou kunnen dat een paar amateurs beelden maken
of kopiëren van de tv, en dat deze naar duizenden sites worden doorgekopieerd,
zoveel dat procederen voor het IOC onmogelijk wordt. Hoeveel behoefte daaraan
is, zullen we zien. Ik voorspel dat we zoveel goede beelden via de tv krijgen,
en zoveel herhalingen, dat geen sterveling zich bekommert om de bewegende
postzegeltjes op internet.
De uitslagen mogen niet
onmiddellijk via internet worden verspreid, maar pas elke dag om 0 uur
Australische tijd. Dat is buitengewoon kinderachtig, en het is bedoeld om
internet zijn natuurlijke voorsprong op kranten en omroep te ontnemen.
Journalisten die zich er niet aan houden, komen er niet meer in. Maar hier
overschat het IOC zijn macht. Op feiten rust geen auteursrecht, en iedereen kan
uitslagen vanachter de tv op zijn site intikken. Stadionbezoekers kunnen ze
zelfs naar een site sms-en. Zo kunnen er sites ontstaan die beter geïnformeerd
zijn dan de officiële.
Nog zieliger is het, dat
sporters op hun eigen site geen dagboek mogen bijhouden. Natuurlijk mag het IOC
hun recht op meningsuiting niet beperken. Maar het lijkt me dat het IOC zelf
mag uitmaken wie aan de wedstrijden meedoet. Wie zich niet aan de regels houdt,
hoe onredelijk die ook zijn, organiseert maar zijn eigen Spelen. Journalisten
zullen kiezen voor hun baantje, sportlieden voor hun eigen financiële belang.
Zo zal het IOC grotendeels zijn zakelijke zin krijgen. En eigenlijk vind ik het
wel leuk dat er nog een club is zonder ontzag voor internet.