Goedkoper de weg op

Herbert Blankesteijn, NRC Handelsblad 13-3-'93


Voor veel automobilisten zal de factor tijd er het meest toe doen, anders zaten ze niet in de auto. Ze rijden zo hard mogelijk langs de kortste weg, tenzij juist daar het meeste oponthoud loert. Geen sympathieke aanpak, wel een consequente en een doortastende. Ik heb eens bij iemand in de auto gezeten die veiligheid het allerbelangrijkste vond. Heel achtenswaardig, maar het schoot niet op. Bovendien is een veilige rijstijl, net als een milieuvriendelijke, een pijnlijke contradictie. Zo heb je ook mensen die vanuit de auto zoveel mogelijk landschappelijk schoon proberen waar te nemen. Het moest niet mogen, maar het gebeurt.

De meest interessante, wat zeg ik, de beste optimalisatie van het autorijden vind ik die van de kosten. Als je zo goedkoop mogelijk rijdt, ben je automatisch een stuk veiliger en minder smerig. Je neemt bijvoorbeeld een kleine, lichte, zuinige wagen. Daar krijg je minder makkelijk iemand mee dood en hij stinkt niet zo. Met het oog op de centen jakker je niet en ook dat is minder gevaarlijk en minder zuur.

Veilig, schoon en goedkoop zijn niet altijd hetzelfde. Bijvoorbeeld als u bezuinigt op het onderhoud. Maar ook - en nu kom ik tot praktische wenken voor de gierige automobilist - als u Regel 1 in acht neemt: HOUD ZO WEINIG MOGELIJK AFSTAND. U maakt dan gebruik van de zuiging achter uw voorganger. Dat scheelt geweldig in luchtweerstand en dus in benzineverbruik. De kans op schade door kop-staartbotsingen kunt u minimaliseren door contact te zoeken met uw voorgangers bumper. Remt hij plotseling, dan volgt er geen dreun want u remt vanzelf mee. Dit noemen we 'contactrijden' en het zal op een dag behoren tot de dingen die men als heer of dame in het verkeer nu eenmaal doet.

Regel 2 staat ook op licht gespannen voet met de veiligheid en luidt: REM ZO WEINIG MOGELIJK. Hoe minder je remt, hoe minder benzine je namelijk nodig hebt om weer op te trekken. Regel 2 houdt in dat bochten met een zo hoog mogelijke snelheid genomen moeten worden, zonder extra gas te geven natuurlijk. Wie wel eens autoraces ziet, weet dat daarbij creatief gebruik kan worden gemaakt van de berm of van de verkeerde weghelft. Het is niet zo dat Regel 2 aanbeveelt om maar ongeremd door rood te rijden. De kans op ongelukken of bekeuringen is daarbij zo groot dat dat kostentechnisch niet te verdedigen is.

Zo weinig mogelijk remmen betekent niet: zo laat mogelijk remmen. Soms is vroeg remmen veel beter. Stel u nadert een stoplicht waar een rij auto's staat te wachten. Er is nog een paar honderd meter weg vrij, en het licht springt op groen. Als u doordendert bestaat de kans dat u helemaal moet afremmen omdat de laatste auto uit de rij nog niet is weggereden. Als u tijdig snelheid mindert, heeft die achterste auto meer tijd om zich uit de voeten te maken en kunt u gewoon doorrijden.

Wat levert dat allemaal op? De winst als gevolg van minder afstand houden is moeilijk te berekenen. Het hangt bijvoorbeeld af van de vorm van uw voorganger. Een Porsche helpt minder dan een truck. Neem van mij aan dat het tot tientallen procenten op uw brandstofrekening kan schelen. De besparing door uitgekiend bochtenwerk is makkelijker uit te rekenen: u gooit een bepaalde hoeveelheid bewegingsenergie niet weg en die is via de energie-inhoud van benzine, het rendement van de motor en de literprijs tot centen te herleiden. Als u een bocht neemt met 40 km per uur in plaats van 15 bespaart u dat volgens mijn berekening 0,8 cent aan benzine. Voor een stoplicht afremmen van 50 tot 25 in plaats van tot 0 scheelt 0,4 cent.

Regel 3 heet Regel 3 in verband met de compositie van dit artikel, maar is misschien wel de belangrijkste: GEEF ZO WEINIG MOGELIJK GAS. Dat lijkt een flauwiteit - niets is minder waar. Eigen experimenten wijzen uit dat wie bij 60 km per uur het koppelingspedaal intrapt, 500 meter verderop nog altijd 20 km per uur rijdt. Aan benzine scheelt dat de helft van de brandstofprijs per kilometer. Die bedraagt bij 1 op 14 en 1,80 per liter bijna 13 cent, dus de winst is ruim 6 cent. Daarna moet weer worden opgetrokken tot 60 en de kosten daarvan zijn 2 cent. Winst: 4 cent maar liefst, en evenveel opgestoken middelvingers op de koop toe.

Als u tegen middelvingers geen bezwaar hebt, kunt u bochten naderen volgens Regel 3, dus uitrijdend. U mindert dan snelheid zonder te remmen, gebruik makend van de wrijving die er toch al is (en die u anders door gas te geven had moeten compenseren). U hoeft dan niet op twee wielen door de bocht volgens Regel 1 en u verdient er nog op ook: 4 cent in plaats van 0,8. U bent dan ook meer in harmonie met Regel 4.

Die luidt namelijk: MAAK ZO WEINIG MOGELIJK METERS. Bij een goedkope auto kost elke kilometer aan afschrijving ruim een dubbeltje (plus een halve cent bandenslijtage). Elke bespaarde meter scheelt dus zeker een honderdste cent. In bochten win je een paar meter door een zo strak mogelijke binnenbocht te lopen. Op snelwegen is het daarom verstandig om in bochten naar links de uiterste linker strook aan te houden en in bochten naar rechts eventueel zelfs de vluchtstrook. Op de zeer lange duur kan uw voordeel in de dubbeltjes lopen. Nog voordeliger is het in dit opzicht om achteruit te rijden. De kilometerteller loopt dan terug en uw auto wordt voortdurend meer waard.


Het materiaal dat hier verkrijgbaar is mag worden gedownload, gelezen en zelfs gekopieerd, maar alleen voor eigen gebruik. Vermenigvuldigen met winstoogmerk is niet toegestaan. Alles is copyright Herbert Blankesteijn, tenzij anders vermeld.
  • Terug naar het Optimax menu
  • Terug naar het Hoofdmenu Archief Herbert Blankesteijn.