Digitale media worden overschat

Herbert Blankesteijn, Technisch Weekblad 16-11-'94


Wat is er toch gebeurd met dat andere nieuwe medium, de televisie? Een uitvinding die op zichzelf al multimediaal was: je kon er beeld en geluid tegelijk mee overbrengen, en desnoods zelfs tekst.

Er staat nu een TV in elke woning, elektronicaindustrie en omroep zijn maatschappelijke krachten van formaat en tegenwoordig komen vooral die politici en artiesten bovendrijven die dit medium goed weten te manipuleren.

Nou en? Zonder televisie zouden mensen thuis hun tijd verdoen met andere dingen. Een krant herlezen, ruzie maken, een wandelingetje, 'n praatje over het weer of over voetbal met een buurman, gezelschapsspelletjes waar we nu een nostalgische hang naar hebben maar die daarom niet minder onbenullig zijn. Denk maar niet dat vroeger iedereen 's avonds Dostojevski zat te lezen. Een andere industrie zou domineren, en wat dan nog. Andere koppen zouden het land regeren, maar als ik iets van politiek begrijp dan is het dat regeringen, van welke signatuur ook, over het algemeen gedwongen zijn tot het nemen van gelijksoortige maatregelen (bezuinigingen) en ook in hun falen weinig van elkaar verschillen (milieu). En wie heeft er wel eens een gouwe ouwe gehoord van vóór de televisie? Anders, maar net zo vreselijk.

De TV heeft niet het onderwijs veroverd of concurrerende media te gronde gericht. Juist nu worden radiostations wonderbaarlijk vermenigvuldigd; met de dagbladen gaat het prima. Met sommige weekbladen gaat het slecht, maar dat komt meer door hun eigen sufheid en de concurrentie van andere bladen dan door de televisie.

En dan nu de nieuwste nieuwe media. Het Internet, CD-ROM technologie, interactiviteit. Hun succes staat nu al vast. Miljoenen mensen zullen zich ermee gaan bezighouden, miljoenen houden zich er al mee bezig. Miljarden zullen ermee worden verdiend. Een nieuwe industrie wordt geboren, enzovoorts, enzovoorts. Het is allemaal waar.

Computerwatchers, sociologen en mediafilosofen trekken in één moeite door de conclusie dat de maatschappelijk verhoudingen op hun kop gezet gaan worden. Informatie-have's en informatie-have-not's. Er wordt opgeroepen tot overheidsbemoeienis (staat in Nederland nog altijd de totstandkoming van een volwassen omroep in de weg), brede discussies (hebben nooit ergens toe geleid) en wat niet al.

Nu valt in de eerste plaats niet goed in te zien hoe de Nederlandse overheid invloed zou kunnen hebben op een internationaal netwerk als het Internet. Kenmerk daarvan is nu juist dat het zich aan plaatselijke regelgeving (encryptie, export van technologie, auteursrechten, porno) volledig onttrekt. Je kunt dus debatteren tot je omvalt, het zal weinig uithalen. De enige manier om invloed te hebben op de gang van zaken op het Internet is: meedoen. Dáár debatteren eventueel, maar vooral activiteiten ontplooien die je zelf de moeite waard vindt zodat het relatieve belang van minder mooie gebruiksvormen afneemt.

Vervolgens is het de vraag of het nodig is de ontwikkeling van de interactieve media te beïnvloeden. Het is natuurlijk niet goed als iemand vanuit een onduidelijk land een populair commercieel computerprogramma gratis gaat aanbieden. Zulke praktijken moeten via internationale afspraken worden uitgeroeid, al zal dat moeilijk zijn. Voor het overige is de Internet-gemeenschap tamelijk goed in staat haar eigen boontjes te doppen. Niemand gaat geheime gegevens ongecodeerd versturen. Colporteurs zonder vergunning worden door gebruikers spontaan begraven onder de Megabytes.

En hoe zit het nu met die omver gekegelde maatschappelijke orde? Sommige dingen gaan veranderen. Mensen zullen wat minder televisie kijken en in plaats daarvan onbenullige dingen doen achter de computer. Heimwee naar de tijd van Halma en een boek lezen bij de kolenkachel maakt plaats voor heimwee naar de tijd van Sonja en Abba. Sommige zullen uit angst voor elektronisch afluisteren weer eens een brief schrijven of bij iemand langs gaan. De CD-ROM industrie wordt misschien even belangrijk als de papieren uitgeversbranche nu is. So what, grote en invloedrijke bedrijfstakken zijn er altijd. Het Internet wordt voor politici en artiesten mogelijk net zo essentieel als de TV nu. Andere talenten worden dan doorslaggevend, andere mensen komen bovendrijven. Ja, en? Er zal worden bezuinigd, het milieubeleid zal falen en de top-10 is nog steeds niet om aan te horen.

En sommige dingen blijven hetzelfde. Kinderen moeten naar school en stampen rijtjes uit een boek. De meeste werkenden gaan gewoon naar kantoor met een papieren krant onder de arm en een koffer vol documenten. Er zullen in Nederland nog steeds kansarmen zijn: net als nu mensen van buitenlandse afkomst en nakomelingen van de kansarmen van vroeger. Er zullen dictaturen zijn en democratieën. Zwitserland is nog altijd de enige democratie die stom genoeg is om voortdurend referenda te houden - maar ze doen het wel met een heel modern tele-stemsysteem. Er zal honger zijn in Afrika. Wat valt er te debatteren? Interactieve digitale media veranderen de wereld niet.


Het materiaal dat hier verkrijgbaar is mag worden gedownload, gelezen en zelfs gekopieerd, maar alleen voor eigen gebruik. Vermenigvuldigen met winstoogmerk is niet toegestaan. Alles is copyright Herbert Blankesteijn, tenzij anders vermeld.
  • Terug naar het Optimax-menu
  • Terug naar het Internetmenu 16+.
  • Terug naar het Hoofdmenu Archief Herbert Blankesteijn.