Het geheim van Het Klokhuis

Herbert Blankesteijn, Kunst en Wetenschap voorjaar 1994


'Het Klokhuis is het beste programma van de Nederlandse televisie.' Nou zeg, je bedoelt misschien het beste kinderprogramma? 'Nee, gewoon het allerbeste programma dat er is.'

Soms neemt de lof voor het Klokhuis licht genante vormen aan. Bovenstaand fragment is niet uit een praatje met een kind uit de doelgroep maar uit een gesprek met een volwassene, een collega-wetenschapsjournalist zelfs. En het is niet uniek. Het Klokhuis krijgt de laatste tijd zoveel prijzen dat het lijkt of de toekenners daar meer status aan ontlenen dan de gelauwerde. Goed voor de koers, een vedette als winnaar, weten ze bij het wielrennen al jaren.

Moet dat nou, dat voetstuk? Er zijn toch waarachtig wel meer prima programma's (Diogenes, Alle Mensen Zijn Ongelijk, de lezer bedenke zijn eigen voorbeelden). En op Het Klokhuis is heus wel wat aan te merken. Er wordt veel herhaald en zwakke programmaonderdelen komen met een zekere frequentie voor. Bij een dagelijks programma is dat niet vergeeflijker dan bij een ander. Iedere rubriek kent tenslotte zijn eigen lengte en uitzendfrequentie en is daarop ingesteld.

Niettemin is Het Klokhuis inderdaad een behoorlijk programma. Het is een behoorlijk programma ondanks al die factoren die bij de Nederlandse omroep het bestaan van behoorlijke programma's moeilijk maken: rivaliteit tussen zendgemachtigden, jaarlijkse veranderingen in het uitzendschema, dictatuur van de kijkcijfers, noem maar op. Om een grappig voorbeeld te noemen: Het Klokhuis heeft zich de afgelopen paar jaar staande weten te houden ondanks een verhuizing van het ene omroepgebouw naar het andere en drie jaar later weer terug van het andere naar het ene, een verhuizing van Nederland 3 naar Nederland 1 en waarschijnlijk binnen afzienbare tijd terug naar Nederland 3, en een verhuizing van de Afdeling Educatieve Programma's naar de Afdeling Culturele Programma's van de NOS. En dan zwijg ik nog over de consequenties, die ik niet overzie, van de voorgenomen splitsing van de NOS.

Daarbij is Het Klokhuis populair. Het trekt dagelijks tussen een half en een heel miljoen kijkers, wat bijzonder mag heten voor een programma dat ergens over gaat. Kritiek gaat zelden verder dan aanmerkingen op krachttermen, gebezigd door de acteurs. Gebrek aan deugdelijke kritiek wordt nog eens de ondergang van Het Klokhuis.

We hebben hier dus te maken met een goed programma dat in de smaak valt bij een breed publiek, jong en oud, hoog en laag opgeleid enzovoorts. Een zo groot en zo volledig succes vraagt om een verklaring. Hier volgt een poging in die richting: een opsomming van mijns inziens belangrijke omstandigheden, in de volgorde waarin ze me te binnen schieten en zonder de pretentie van volledigheid.

Ten eerste. Het Klokhuis zendt iedere dag op dezelfde tijd uit. Ik heb er een hekel aan Rob Out ergens gelijk in te geven, maar het is een feit dat dagelijkse programma's op radio en televisie een geweldige voorsprong hebben op concurrentie die dat voordeel niet heeft. De enige andere acceptabele frequentie is een wekelijkse - maar als dagelijks programma ben je meteen vijf of zeven keer zo bekend, nog voordat je iets hebt gepresteerd.

Ten tweede: Het Klokhuis is lekker kort. We krijgen niet de kans om langdradig te worden, al zouden we het willen. Verder dwingen we onszelf binnen de dagelijkse vijftien minuten tot afwisseling, waarover straks meer. De kijker van zijn kant heeft altijd wel tijd om 'even' naar Het Klokhuis te kijken.

Een derde punt. Ik heb het al gezegd, Het Klokhuis gaat ergens over. Het succes toont aan dat mensen - kinderen - de televisie tenminste soms aanzetten om iets te weten te komen. Tegelijkertijd is deze behoefte aan informatie een deel van de verklaring van het succes. Mensen willen weten, en als je iets vertelt dan stromen ze toe. Mijn verontschuldigingen voor de cirkelredenering; ik kan er niets anders van maken.

Verder is het prettig dat Het Klokhuis overal over kan gaan. Er zijn op de redactie categorien gedefinieerd als sociaal en cultureel enerzijds en wetenschappelijk en technisch anderzijds, maar als een regisseur trek heeft in het maken van een informatieve reportage over zeilen dan doet-ie dat (40% van onze lokatieregisseurs is overigens vrouw). Dat heeft tot gevolg dat geen enkele kijker Het Klokhuis zal afwijzen als een programma dat alleen maar daar-en-daar over gaat.

(Gaat Het Klokhuis over kunst? Jazeker, er komt beeldende kunst in, muziek, toneel, kinderboeken en wat niet al. Gaat het over techniek? Nou en of. We leggen van de gekste dingen uit hoe ze werken. Maatschappij? Reken maar: godsdienst, carnaval, blindheid, lijnen, er is van alles. Maar wetenschap? Ik vind eerlijk gezegd van niet. Als ik een filmpje maak over vacuum, statische elektriciteit, magnetisme of vuur dan heb ik genoeg aan de kennis die ik op de middelbare school heb opgedaan. Dat noem ik geen wetenschap, al hebben beroemde onderzoekers daar een eeuw of langer geleden hun beste krachten aan gegeven. Het is in elk geval niet de wetenschap die je tegenkomt in de bijlagen en in de (populair-)wetenschappelijke tijdschriften. Wij komen niet met de laatste vorderingen in de wetenschap, wel met de fysische, chemische of biologische achtergrond van verschijnselen uit het dagelijks leven. Dat is kennis, weten. Meer niet.)

De keuze van onderwerpen brengt mij op de vrijheid die mijn collega's en ik bij Het Klokhuis genieten. Eindredacteur Piet Geelhoed zal de laatste zijn om ons te vertellen wat voor onderwerpen we moeten kiezen of hoe we ze vorm moeten geven. Aan agenda's, de inhoud van de krant of andere actualiteit hebben we alleen een boodschap voor zover we daardoor op ideeen komen die we zelf leuk vinden. We mogen onderwerpen doen die liggen op het terrein van onze eigen deskundigheid (zo we die hebben) of juist daarbuiten. We hebben niets te maken met een achterban, een signatuur of wat voor bekrompen belangen dan ook. We doen waar we zin in hebben en ik neem aan dat die arbeidsvreugde op de een of andere manier door het scherm heen komt.

Nog een belangrijke factor is de combinatie feit en fictie. Als lokatieregisseur ben ik een van de vijf personen die filmpjes maken waarin iets over de wereld wordt uitgelegd. Deze reportages worden in de uitzendingen afgewisseld met sketches die met het lokatie-onderwerp een zekere relatie moeten hebben. Afgezien van die eis zijn de makers van deze stukjes volledig vrij in wat ze maken: het verband kan zuiver associatief zijn, maar het verhaal uit de reportage kan ook worden gerelativeerd, op zijn kop gezet, in het absurde getrokken of regelrecht op de hak genomen. Toneelstukje, monoloog, liedje, alles is mogelijk. Er zijn vaste typetjes, maar er kan net zo goed voor de gelegenheid een worden gecreeerd.

De kracht van deze aanpak is groot. De kijker krijgt afwisseling: van ernst en humor, van informatie en ontspanning, van realiteit en fantasie. Dat kijkt prettig en maakt impliciet duidelijk dat Het Klokhuis zichzelf niet te serieus neemt. Wat wij vertellen kan waar zijn - en binnen de als zodanig herkenbare lokatie-items is alles gewoonlijk waar - maar niet omdat wij het zeggen, want soms hoor je even later het omgekeerde. Veel informatieve programma's gaan ten onder aan ernst en onvermogen tot relativeren.

Juist doordat we onszelf niet zo serieus nemen, nemen we de kijker des te serieuzer. Die moet voor zichzelf denken. We gaan voor de kinderen (8 tot 12 jaar of daaromtrent) niet op de hurken. We spreken ze op een normale toon aan. Het blijkt dat kinderen het prettig vinden om op een volwassen manier te worden benaderd. Net alsof ze intelligente wezens zijn, zal ik maar zeggen.

Het blijkt vervolgens dat volwassenen zich niet schamen een dergelijk programma ook leuk te vinden. De toon is volwassen, maar zonder de dikdoenerij van bijvoorbeeld journaal- en actualiteitenverslaggevers. En wat de inhoud betreft, laten we eerlijk zijn: volwassenen weten niet alles en kunnen net zo nieuwsgierig zijn als kinderen. Weet u hoe een computer wordt gesloopt, hoe Miep Diekmann haar boeken schrijft, hoe een batterij werkt, hoe de milieupolitie functioneert of over wat voor technieken men aan het begin van de IJzertijd beschikte (een greep uit de onderwerpen van december 1993)? Zou u daar eens iets over willen vernemen? Nou dan. En dacht u dat wij makers alles op voorhand wisten? Natuurlijk niet. Ergo: laat volwassenen vanuit hun eigen belangstelling een programma maken voor kinderen en de kans bestaat dat het resultaat ook door volwassen kijkers de moeite waard gevonden wordt.

Zo stel ik me ook voor, als ik een zijsprongetje mag maken, dat de nieuwsprogramma's op de televisie een stuk aardiger zouden worden als de makers zich zouden afvragen wat zijzelf werkelijk willen weten - waarbij het niet verboden is zich even in de kijker te verplaatsen. Dit in plaats van wat men op de School voor Journalistiek leert als Belangrijke en Nieuwswaardige Zaken. Dat zou ons een hoop voorspelbare, onbegrijpelijke of anderszins nutteloze optredens besparen van woordvoerders, politici en andere autoriteiten.

Nu kan ik verder gaan met het roemen van de kwaliteiten van de medewerkers van Het Klokhuis, maar dat zal ik niet doen. Ik maak een uitzondering voor de kwaliteiten van diegenen die een jaar of zes geleden - voor mijn tijd - Het Klokhuis hebben bedacht en een team hebben gevormd dat sindsdien een voor omroepbegrippen gering verloop heeft gekend. Dat is heel knap en ik heb geen flauw idee wat daar het geheim van is. De sleutel ligt misschien in het bijeen brengen van mensen die goed zijn in wat ze doen en daarbij zelf net niet honderd procent volwassen zijn. Geef ze de maximale vrijheid waar ik het eerder over had en je bent waarschijnlijk een heel eind.

Ik zou graag kunnen zeggen dat Het Klokhuis is wat het is dank zij een riant budget. Helaas, we moeten het doen met een naar Hilversumse maatstaven modale hoeveelheid geld. Aan de andere kant is dat toch weer aardig want nu weet u dat iedereen die geldgebrek gebruikt als excuus voor een slecht programma, uit zijn nek kletst.

'Fantastisch programma, maar hoe is het nou om voortdurend met opheffing te worden bedreigd?' Ach ja, de mythe van de underdog. Misschien vindt iedereen ons wel zo goed omdat ze denken dat we zielig zijn. Drie of vier jaar geleden liet de NOS, in een slecht begrepen manoeuvre, het bericht uitlekken dat Het Klokhuis zou worden opgeheven. Het programma had tot dan toe een degelijk maar onopvallend leven geleid en was toe aan een Grote Sprong Voorwaarts. Wat verwacht werd gebeurde: handtekeningenactie, opschudding in de kranten, gratis promotie. Bekendheid dus, veel meer kijkers en groot aanzien voor Het Klokhuis (immers het programma dat zo goed was dat het door ingrijpen van jeugdige kijkers werd gered). Daarin is sindsdien geen verandering meer gekomen. Met andere woorden, de NOS heeft haar doel bereikt. Zolang Het Klokhuis zo bij het publiek in de gunst staat als nu het geval is, ontbreekt de noodzaak voor verdere schijnbewegingen. Wij zijn niet bedreigd, dank u.


Het materiaal dat hier verkrijgbaar is mag worden gedownload, gelezen en zelfs gekopieerd, maar alleen voor eigen gebruik. Vermenigvuldigen met winstoogmerk is niet toegestaan. Alles is copyright Herbert Blankesteijn, tenzij anders vermeld.
  • Terug naar het Menu Populariseren.
  • Terug naar het Hoofdmenu Archief Herbert Blankesteijn.