Het eerste echt overbodige boek

Herbert Blankesteijn, NRC Handelsblad 11-3-'96


Schrijvers en uitgevers weten nog steeds niet wat ze aan moeten met de mogelijkheid om elektronisch te publiceren.

Zo heb je boeken waar een flop of CD bij geleverd wordt. Daar staan dan extra's op zoals computerprogramma's die met de inhoud van het boek te maken hebben, en vaak de tekst van het boek in elektronische vorm. Nu is de mensheid in twee groepen te verdelen: zij die de apparatuur hebben om zo'n schijf te lezen en zij die dat niet hebben. De eerste groep heeft het boek niet nodig, want kan de elektronische versie lezen, en de tweede heeft niets aan de schijf. Je kunt in zo'n geval dus beter boek en schijf apart aanbieden.

Op Internet zijn recente boeken en tijdschriften zeldzaam. De uitgevers zijn bang dat het gratis aanbieden van teksten omzet zal kosten. Daarom verstrekken veel bladen op Internet van het meest recente nummer alleen een inhoudsopgave, om de voorbijganger aan te zetten het blad te gaan kopen. Soms zijn artikelen uit oude nummers wel gratis te krijgen. Maar het zou heel anders kunnen. Tien jaar geleden waren er al elektronische prikborden (Bulletin Board Systems of BBS-en), die de gebruiker kosten per minuut of per kiloByte in rekening brachten. Als vaste klant betaalde je voor wat je nam via een soort rekening-courant; technisch is het dus geen enkel probleem om een krant of tijdschrift elektronisch te verkopen, desnoods per artikel.

Van nieuwe boeken vind je op Internet vaak een eerste hoofdstuk of een uittreksel, en dan een gironummer. Er zijn wel veel gratis boeken op Internet, die je in je computer kunt binnenhalen als tekstbestand, maar het gaat bijna altijd om oude, rechtenvrije werken die door vrijwilligers zijn overgetypt of gescand. Scholieren kunnen hun engelstalige boekenlijst voor zeker de helft vullen met gratis elektronische klassieken.

Weinig auteurs zijn zo vermetel om boeken die nog te koop zijn in hun geheel gratis op Internet aan te bieden. De Amerikaanse neurofysioloog William H. Calvin is zo iemand. Hij heeft verschillende bestsellers geschreven over de evolutie en de werking van het brein. Via zijn eigen World Wide Web-pagina biedt hij deze boeken gratis in elektronische vorm aan. (Het World Wide Web is het gebruikersvriendelijke, geïllustreerde en muisgestuurde deel van Internet.) Hij kan zich dit permitteren, want zijn boeken verkopen toch wel, maar het is denkbaar dat de oplage er zelfs van toeneemt. De gratis teksten komen over het algemeen in bezit van mensen die het boek toch niet gekocht zouden hebben. Intussen groeit de naamsbekendheid van de auteur en zijn boeken. Calvin stelt zelfs voorlopige versies beschikbaar van hoofstukken uit boeken die nog moeten verschijnen.

De mensheid is in twee groepen te verdelen: boekenlezers en schermlezers. Boekenlezers kopen bewust een boek, schermlezers laden een tekst eerst in hun computer, want hij is toch gratis, en kijken dan eens of ze er wat aan vinden. De eerste groep is groot, de tweede klein en de groepen overlappen (nog) bijna niet. Daarom zal een auteur er eerder beter van worden dan slechter als hij zijn boek gratis publiceert op Internet.

Een uitzondering op deze regel is het boek 'Aether Madness' van Gary Wolf en Michael Stein. Het is in gedrukte vorm te koop en staat gratis op het World Wide Web. Het probleem is dat het gaat over Internet zelf: wie er wat voor interessante dingen doet en wat de relevante adressen zijn. Het boek is een rariteitenkabinet. Ufologen, computerkrakers, reisfanaten, homo's, bevrijdingsbewegingen, Star Trek-gekken, Rush Limbaugh, paddestoelen, ze doen zelf iets op Internet of ze zijn er onderwerp van gesprek. Op papier is het oervervelende lectuur, het is net of je voortdurend oncontroleerbare sterke verhalen moet aanhoren. Heb je geen Internetaansluiting dan kun je hier moeilijk in geïnteresseerd zijn en in ieder geval kun je er niets mee, ben je wel connected dan vraag je je af of je nou echt al die lange en ingewikkelde adressen moet gaan intikken als je de aanbevelingen van de auteurs wilt opvolgen.

Dat hoeft dus niet. Want de Webversie van 'Aether Madness' is, behalve gratis, veel meer dan een boek. Elk adres dat je in de tekst tegenkomt bevat een link, dat wil zeggen dat het met een kleurtje is gemerkt en dat je door daarop te klikken automatisch naar het bewuste adres toe gaat. Het sterke verhaal gaat leven; je maakt er deel vanuit. Je kunt zelf gaan vaststellen of die site leuk of interessant is, je onmiddellijk abonneren op die nieuwsbrief, een bericht sturen aan die Internetpionier, de artikelen in die nieuwsgroep inspecteren, dat computerprogramma, die handleiding of dat manifest binnenhalen. En dan weer terug naar de tekst van het boek of juist verder zwerven over het Web.

Zo consumeer je dit 'boek' op een heel andere manier dan gebruikelijk; je hoeft niet eens de tekst in je eigen computer te hebben. Wel betaal je bij deze vorm van lezen de gebruikelijke kosten voor Internetgebruik, meestal een paar gulden per uur. Dat geld gaat niet naar Wolf en Stein. Die hebben hun eigen boek overbodig gemaakt. Je hebt schrijvers met zakeninstinct en je hebt ze zonder.

Aether Madness, An Offbeat Guide to the Online World, door Gary Wolf en Michael Stein. Peachpit Press 1995, 297 blz., Prijs $21,95. ISBN 1-56609-020-2.


Het materiaal dat hier verkrijgbaar is mag worden gedownload, gelezen en zelfs gekopieerd, maar alleen voor eigen gebruik. Vermenigvuldigen met winstoogmerk is niet toegestaan. Alles is copyright Herbert Blankesteijn, tenzij anders vermeld.
  • Terug naar het Menu Internet 16+.
  • Terug naar het Recensiemenu.
  • Terug naar het Hoofdmenu Archief Herbert Blankesteijn.